Zo mooi is Zandhoven

Voor  gidsen Paula Henderickx en Willy Van Asbroeck heeft Pasar wel een heel speciale betekenis. In 2001 schoot Cupido raak na een Pasar-vergadering… Paula is voorzitter van Pasar Zandhoven en Willy is bestuurslid van de lokale afdeling en regiosecretaris van Antwerpen. Hij werkte bovendien 27 jaar bij Pasar vzw. De liefde voor hun eigen streek delen deze twee graag via deze e-bike tocht, die ze uitstippelden langs de waterlopen van de Voorkempen.

Stop 1: Straffe kasseien

We starten in de schaduw van de Sint-Amelbergakerk, een gotische kerk van begin 16e eeuw. De heilige Amelberga zou volgens de legende in de 8ste eeuw op de vlucht geslagen zijn voor Karel Martel, toen die haar ten huwelijk vroeg. ‘Op een steur voer ze over de Kleine Nete en de Rupel naar Temse’, vertelt Willy. We verlaten de dorpskern van Zandhoven en fietsen over de beschermde heirbaan De Voort. Die staat bij heel wat wielrenners bekend als een meedogenloze kasseiweg. Voor Paula was het vroeger een heerlijk speelterrein. ‘Iets verderop ben ik geboren. Op de boerderij. Ik moet hier altijd terugdenken aan mijn kindertijd’, lacht ze. We fietsen door prachtige lanen en laveren tussen de kasteeldomeinen Boutersemhof en Kasteel Hovorst.

Stop 2: Het kanaal van Paul van Ostaijen

We verlaten de veldwegen en komen in de open ruimte, waar het brede Albertkanaal voor ons ligt. Van een contrast gesproken! Indrukwekkende bruggen leiden het verkeer van de ene kant van de oever naar de andere. ‘Allemaal vrij nieuwe bruggen, hoger dan de oude. Dat was nodig voor de doorgang van de boten.’ Wij fietsen een stukje langs het mooi aangelegde jaagpad, nemen de brug en komen langs taverne Scheepvaart. ‘Een voormalig hotel én de zomerverblijfplaats van dichter Paul van Ostaijen. Hier heeft hij veel gedichten geschreven met zicht op het kanaal’ vertelt Willy. In de zomer is deze plaats aan het kanaal the place to be met zomerbar, watersporten en goed gevulde picknickbanken. ‘Iets verder is ook een camping’, voegt Paula eraan toe.

Stop 3: Tussen het kanaal en de rivier

We houden halt aan de Vierselsluis. Op deze plaats gaat het Albertkanaal over in het Netekanaal. Het is een belangrijke route voor de binnenscheepvaart’, vertelt Willy. Hij wijst ons op een indrukwekkende dubbele boogbrug over het Netekanaal. ‘De Pullebrug, gebouwd in 1968. Misschien herinner je je nog ramp van 1966. Een betonnen brug brak in twee en stortte in. Acht auto’s werden meegesleurd. Twee doden en zeventien zwaargewonden werden uit het koude water gehaald…’ We blijven even stilstaan en vervolgen dan onze weg met aan de ene kant het Netekanaal en aan de andere kant de Kleine Nete. Een heerlijk contrast tussen de menselijke ingrepen en de natuur die haar weg gaat. We fietsen tussen natuurgebieden en beemden. ‘Deze plaats vind ik fantastisch. In elk seizoen is het hier volop genieten’, glundert Paula.

Stop 4:  Charmante bruggetjes

We verlaten de kanalen en volgen de meanderende Kleine Nete. ‘Deze rivier is een van de meest natuurlijke van Vlaanderen, met een goede waterkwaliteit. Ze herbergt nog populaties van een aantal zeldzame vissoorten zoals rivierdonderpad en beekprik. De wijze waarop de Kleine Nete door het landschap kronkelt, bepaalt het prachtige landschapsbeeld’, zegt Paula. Dit is genieten in het kwadraat! Charmante bruggetjes trekken onze aandacht. We duiken het industrieel-archeologisch erfgoed in wanneer we aan Het derde sas komen. De saswachterswoning, sluiskom en stuwinstallatie werden in 2004 als monument beschermd.