Gezonde banden, veilig reizen

1. Waarom zijn banden zo belangrijk?

Je banden vormen het enige contact van je camper met de ondergrond. Logisch dat gezonde banden garant staan voor veiligheid. Foute bandenspanning, een misvormde band of verouderde banden kunnen tot een klapband leiden. Te vermijden dus!

2. Welke bandenspanning moet ik hanteren?

Bij campers hanteer je voor de voorbanden een spanning van 3,0 tot 4,75 bar. Achterbanden worden gevuld tot 5,5 bar.

• Een correcte bandenspanning verhoogt de veiligheid én reduceert het brandstofverbruik.
• Een te lage bandenspanning verlengt de remweg én vermindert de grip, zodat er meer kans is op slippen.
• Een te hoge bandenspanning kan tot een klapband leiden.

Controleer bandenspanning altijd op koude banden. Een bandenspanningsmeter vind je bij grotere tankstations. De precieze bandenspanning die nodig is, hangt af van de soort en de maat van de band. De fabrikant vermeldt op zijn band de maximale druk waarmee je de band mag vullen. Denk eraan dat bij een band in beweging wrijvingswarmte ontstaat, die de druk verhoogt. Meer uitleg over het controleren van de bandenspanning vind je op hier.

3. Welke profieldiepte moet een band hebben?

Volgens de wet moet de profieldiepte over de hele omtrek in de hoofdprofielgroeven minimaal 1,6 mm zijn. (De hoofdprofielgroeven zijn de brede groeven met de oorspronkelijk grootste diepte. Ze geven de slijtagegraad aan.) Een nieuwe band heeft doorgaans 8,5 mm profieldiepte. Men raadt aan om banden met een profieldiepte minder dan 2,5 mm te vervangen. Sinds 2004 moeten nieuwe banden een E-markering hebben én moeten nieuwe voertuigen zulke banden hebben. Die markering is een EEG-keurmerk dat je ervan verzekert dat de info op de band correct is.

4. Wat is de oorzaak van bandenslijtage?

Hoe meer kilometers je aflegt, hoe meer slijtage. Een wegdek in slechte staat kan dat proces versnellen. Als je een abnormale slijtage vaststelt, moet je de oorzaak elders zoeken, bijvoorbeeld bij een te lage of te hoge bandenspanning, slechte uitgelijnde banden, slechte montage van het wiel, een te sportieve rijstijl, overdreven krachtig remmen of slechte schokdempers.

Camperbanden slijten sneller dan die van een personenwagen, omdat een camper meer stilstaat. Stilstand versnelt het verouderingsproces. Onder andere uv-stralen zorgen dat het rubber sneller slijt en scheurtjes krijgt. Ook snel op elkaar volgende weersomstandigheden zoals regen, wind, zon, sneeuw… verkorten de levensduur.

5. Wat is het verschil tussen 15"- en 16"-banden?

Hoewel 15”-banden jaren de standaard waren, hebben steeds meer campers 16”-banden.

• Esthetisch gezien is dat een hele verbetering: de wielkasten lijken ‘gevulder’ en geven de camper een robuuster uiterlijk. Bij 15” lijkt het alsof de camper te kleine bandjes heeft voor zijn postuur.
• Een belangrijker voordeel van 16”-banden is dat je rijcomfort beter is, want je beschikt over een dikker loopoppervlak. Hoe dunner de banden, hoe ‘harder’ het rijcomfort.
• Nog een voordeel is dat de camper iets hoger van de grond staat, waardoor de achtersteven bij hellingen minder snel tegen de grond schuurt.

Opgelet! Niet op elke camper passen 16”-banden. Zelfs op sommige nieuwe modellen passen alleen 15”-banden.

6. Waarom heb ik geen reservewiel?

Om op plaats en gewicht te besparen behoort een reservewiel nog zelden tot de standaarduitrusting, tenzij bij oudere campers. De fabrikant voorziet wél een 12V-pompje dat je kunt aansluiten op de sigarettenaansteker. Hiermee kun je de band oppompen – als dat nog kan – en naar de dichtstbijzijnde garage rijden.

Je kunt uiteraard altijd zelf eenreserveband aankopen in een bandencentrale. Bij een klapband kan dat handig zijn.

7. Wat is het ecolabel?

Banden geproduceerd na 30 juni 2012 moeten een ecolabel hebben. Dit label vind je op de sticker die bij aankoop op de banden plakt. Je kunt ook online opzoeken welk ecolabel je band heeft, als je het bandtype invoert. Bedoeling van de ecolabels is om de CO2-uitstoot terug te dringen. Ze zijn van toepassing op alle Europese lidstaten en omvatten 3 categorieën:

1. Brandstofverbruik: Het groene A-label is het zuinigst, het rode G-label het minst zuinig. Verschil tussen beiden is maar liefst 7,5% in brandstofverbruik!
2. Grip op nat wegdek: Het A-label heeft de kortsteremweg, het G-label de langste.
3. Geluid: Dit wordt aangegeven door drie golven.

• Bij 1 golf is het externe rolgeluid 3 decibel of meer onder de toekomstige norm.
• Bij 2 golven ligt het geluid tussen de norm en 3 decibel eronder.
• Bij 3 golven ligt het geluid boven de toekomstige norm.

8. Wat is het verschil tussen uitlijnen en uitbalanceren?

• Bij uitlijnen gaat het om de ophanging waaraan de voorwielen vastzitten. Als die in de juiste stand staan, bespaar je brandstof en verbetert je rijcomfort.
• Bij uitbalanceren worden de velg en de band in balans gebracht. Dat gebeurt altijd na het monteren van nieuwe banden. Het voorkomt onnodige slijtage, het contact met de weg is beter, het stuur trilt niet en het rijcomfort gaat erop vooruit.