Op zoek naar het noorderlicht

13 minuten leestijd

Tijdens de wintermaanden bedekt een dik pak sneeuw het woeste Lapland, rond de poolcirkel helemaal in het noorden van Zweden. De dagen zijn hier dan kort en ijskoud. Kleed je warm aan en geniet van de uitgestrekte natuur, de stilte, de cultuur van de Sami en als je geluk hebt zie je misschien het noorderlicht dansen.

reportage
  • Uitstappen en vakanties

De wereld wordt wit. We rijden door een oneindig sneeuwlandschap waar enkel grijstinten overblijven. De sneeuw kleeft centimeters dik rond de takken van de bomen en het lijkt wel of we een andere, feeërieke wereld zijn binnengetreden. De poëzie komt abrupt tot een einde wanneer we langs de kant van de weg stoppen en uitstappen om een foto te maken. IJskoud komt de poollucht onze longen binnen. Verschrikt krimpen ze samen en protesteren kuchend tegen deze plotse minus 20° Celsius, maar de winter in Zweeds Lapland zal het kwik de komende dagen nog verder doen dalen.

 

Het landschap wordt ruwer en door de bergen heen rijden we het Abisko Natuurpark binnen. Bij Björkliden volgen we de bordjes naar aurora viewpoint. Het is drie uur in de namiddag en het laatste licht kleurt de lucht roze. Van november tot februari komt de zon niet meer over de bergkam heen. Een ijskoude wind krult vanuit het dal over de bolle heuvel. Als je flink inademt voel je je neushaartjes zo verstijven. Vanuit een klein hutje met glazen wand en een vuurtje kijken we naar het prachtige zicht op het meer en de bergen in de verte. En dan, enkele minuten later, is het donker.

Kaas in de koffie

‘s Avonds staat er een aurora borealis-wandeling op het programma. Zou het zo makkelijk zijn om het noorderlicht te zien? We sluiten aan bij een klein groepje dat samen met een gids op stap gaat. We binden de sneeuwraketten aan, zetten onze hoofdlampen op en met één wandelstok in de hand gaan we op stap. Het is even wennen om niet over je eigen voeten te struikelen. ‘Je moet een beetje met je voeten slepen en je benen breed uit elkaar zetten’, legt gids Linea uit. We gaan van het pad af en wandelen achter elkaar het bos in. De sneeuw piept en kraakt onder onze voeten. Zigzaggend tussen de besneeuwde takken komen we uit op een open vlakte. We zetten onze hoofdlampen uit en wachten tot onze ogen aan het duister gewend zijn. Hoog boven ons pakken de wolken zich samen. Af en toe zien we een ster enkele seconden fonkelen om dan weer te verdwijnen. We wachten nog een tijdje, maar niet bewegen bij zulke ijskoude temperaturen hou je maar even vol. Verkleumd gaan we met z’n allen de houten hut wat verderop binnen. Behendig maakt Linea het vuur aan in het midden van de ruimte en even later verwarmen we ons met koffie en kaneelbroodjes. ‘Het koffieritueel is erg belangrijk voor de Sami’, legt Linea uit. ‘Al heel vroeg ruilden ze hun huiden, zilversmeedwerk en fijn ambachtelijk houtsnijwerk voor luxegoederen zoals koffie.’ Tijdens de donkere wintermaanden was er veel tijd om rond de vuurplaats te werken aan het prachtige handwerk waar de Sami zo bekend om staan. In de koffie doen we enkele brokjes kaas. ‘Kaas bewaart veel makkelijker dan melk voor wanneer de Sami onderweg zijn met hun kudde.’ Samen met het gerookt en gezouten rendiervlees is het een bijzondere maar lekkere combinatie. Geen noorderlicht vannacht, maar wel een gezellige avond vol verhalen en geschiedenis.

De kuren van het noorderlicht

De volgende dag zitten we op een rendiervel in de sneeuw met rond ons de mysterieuze bergkammen van het Nationaal park Abisko. Anette Niia schikt het hout in de vuurschaal, steekt het aan met een stuk berkenschors en zet een zwartgeblakerd keteltje op de vlammen. Als de koffie klaar is giet ze de houten kopjes vol. ‘Je moet altijd eerst jezelf bedienen en opgieten naar jezelf toe, anders schenk je je geluk weg’, lacht ze. Opgegroeid in een Sami-gemeenschap, maar in Stockholm gaan studeren, probeert ze nu haar liefde voor haar land mee te geven aan de toeristen die hier komen. Ze neemt groepjes mee op fotosafari. ‘Je moet mensen leren te kijken naar de schoonheid van het landschap en de dieren.’ Maar ook omgekeerd leert Anette opnieuw te genieten van haar land. ‘Ik moest altijd lachen als er een sneeuwhaas opdook en mensen opgewonden foto’s begonnen te maken. Wat is er nu zo speciaal aan een haas, dacht ik dan, maar ook dat hoort bij Lapland.’

Waar ze zich wel aan stoort zijn de toeristen voor wie een trip naar het hoge noorden enkel geslaagd is als ze het noorderlicht kunnen zien. Ongemakkelijk pleiten we schuldig en vertellen haar over onze geplande aurora borealis-wandeling vorige nacht. ‘Het noorderlicht heeft zo zijn kuren’, lacht ze. ‘Je kan niet zomaar op wandel gaan en verwachten dat je het te zien krijgt.’ Ze kijkt even naar de lucht en knikt. ‘Probeer het later nog maar eens’, lacht ze mysterieus.

Zenuwachtige rendieren

Een Sami-dorp is een concept, het is geen dorp zoals wij dat in de traditionele zin van het woord kennen. ‘Het is een geografisch gebied waar een vijftigtal families wonen en hun rendieren hebben loslopen’, probeert Annele Gaup ons duidelijk te maken. ‘De Sami hebben een speciaal statuut gekregen en we zijn de enigen die het recht hebben om rendieren in het wild te houden.’ Ben je in Lapland, dan kan je niet om de Sami heen, al tienduizend jaar. Samen met hun enorme kuddes rendieren kenden ze een nomadisch bestaan in hun land dat zich uitstrekt over de grenzen van Noorwegen, Zweden en Finland heen. Voor er duizelingwekkende hoeveelheden ijzererts in de Lapse bodem werden ontdekt, leefden de Sami ongestoord hun bestaan op het ritme van de seizoenen en het tempo van hun kudde. Vandaag zoeken ze naar het moeilijke evenwicht tussen hun verleden en toekomst. ‘We moeten steeds meer onze traditionele manier van leven opgeven om te kunnen overleven’, vertelt Annele terwijl ze een leren halster vastmaakt aan de kop van een mannetjesrendier. Hoewel de dieren relatief klein zijn, hebben de mannetjes een indrukwekkend gewei. Zenuwachtig kijkt het dier naar de hondenspan die in de verte voorbijtrekt over het dichtgevroren meer. Ze mompelt zachtjes om hem gerust te stellen. ‘Voor een rendier zijn sledehonden nog steeds een gevaarlijke groep wolven’, zegt Annele. ‘Voor de komst van de toeristen hadden de Sami geen husky’s, net om die reden.’ Naast stress verspreiden de vanuit Rusland geïmporteerde honden ook ziektes onder de rendieren. Het is maar één van de voorbeelden hoe de Sami hun eigenheid moeten opgeven om te kunnen overleven. Toerisme is ondertussen een van de belangrijkste bronnen van inkomsten geworden.

Maar het leven van de Sami dat de toeristen niet te zien krijgen is nog veel traditioneler dan je zou vermoeden. Ze kiezen tegenwoordig weliswaar voor een sneeuwscooter om hun rendieren te hoeden, maar de innige band die ze hebben met hun kudde is niet veranderd. ‘Al duizenden jaren bepalen rendieren het leven van de Sami, die verbondenheid krijg je er niet zo makkelijk uit.’
Twee keer per jaar drijven de Sami hun rendieren samen. Op basis van een gepersonaliseerd oormerk dat van vader op zoon wordt doorgegeven, verdelen ze de dieren. Een eeuwenoud spektakel waar toeristen doelbewust van worden weggehouden.

Duizelige vissen

We rijden langs Gällivare naar Jokkmokk, en dan nog verder. Een uur lang manoeuvreren we behoedzaam over een dichtgesneeuwde weg. Kleine groepjes rendieren kijken ons ongeïnteresseerd aan en af en toe steekt een grote eland, wippend op zijn lange veerkrachtige poten de weg over. Bij Snesudden, een gehuchtje met maar negen huizen, staan Maella en Thierry ons langs de kant van de weg op te wachten. Twee verdwaalde Fransen die zich in de bossen van het hoge noorden hebben teruggetrokken in hun Lapland Retreat. We laten de auto achter en gooien onze bagage op de sneeuwscooter. Zelf binden we de sneeuwraketten aan en gaan door de diepsneeuw op weg naar het kamp. Wat je hier niet hebt aan modern comfort, wordt ruimschoots goedgemaakt door een echte natuurervaring. Het Lapland Retreat is helemaal off-grid zonder elektriciteit en stromend water. Iedereen heeft zijn eigen stuga, zoals een houten hutje hier heet, met een houtkachel in het midden, kaarsen en olielampen. Gezelliger kan niet. Van hieruit ontdekken we de volgende dagen de Lapse bossen.
Op sneeuwschoenen gaan we over smalle weggetjes en bevroren meren. Maella toont ons waar de sneeuwhoenders zich verschuilen, de sporen van elanden en sneeuwhazen. ‘Er zitten ook bruine beren, maar die zijn nu lekker aan het winterslapen’, zegt ze.

Bij het meer is Thierry met een enorme ijsboor in de weer. Samen maken we een gat in het ijs en laten het lichtgevend aas in het water zakken. Na een uurtje houden we het voor bekeken. ‘Ze zullen aan het slapen zijn’, zegt Thierry. ‘Soms wordt de druk van het ijs zo groot dat de vissen duizelig worden en dan lukt het niet om ze te vangen.’

Wanneer we ons in de tipi naast het meer verwarmen aan het vuur met warm bessensap en koekjes, komen de buren even dag zeggen. Zij hebben wat verderop meer geluk gehad. ‘Voor jullie’, zegt de buurman en geeft twee uit de kluiten gewassen regenboogforellen en een trekzalm aan Thierry.

De terugweg doen we op langlauflatten. Het is nog steeds de geliefde manier van de Sami om in de wintermaanden te jagen, want jagen met een gemotoriseerd voertuig is hier verboden. De latten zijn wat breder dan gewone langlaufski’s, zodat je niet wegzakt in de diepsneeuw. Het gaat een stuk sneller dan lopen en warm krijg je het er in ieder geval van.

Het noorderlicht lokken

Als we onze noorderlicht-app checken lijkt de kans op geluk vanavond groot. Die nacht slapen we in een kleine houten hut in de bossen op weg naar Gällivare. De heldere lucht heeft de temperatuur nog verder doen dalen, -34°C geeft de thermometer naast de deur aan. We lopen door het bos over een smal paadje tot aan het bevroren meer. In de wintermaanden zijn de dichtgevroren meren en rivieren in Lapland gewoon een shortcut. Er worden routes over het water gemarkeerd zodat auto’s het ijs kunnen oversteken.
In het midden van het meer blijven we staan en kijken naar het noorden. We moeten in beweging blijven om niet te snel af te koelen. Net als we vrezen dat het weer niets wordt begint de pikzwarte hemel boven de toppen van de dennen groen te kleuren. Eerst vaag en doorzichtig, dan steeds feller. Lange horizontale slierten zweven traag golvend door de poolnacht. Bij zonne-uitbarstingen worden geladen deeltjes het heelal rondgeslingerd. Wanneer die deeltjes botsen met de zuurstofatomen en stikstofmoleculen in onze atmosfeer wordt er licht gegenereerd, het noorderlicht of aurora borealis. Akkoord, maar als je tijdens een steenkoude nacht, in het midden van een bevroren meer in Lapland staat met rondom alleen maar sneeuw, bossen en stilte, kan zelfs een heldere wetenschappelijke uitleg niet op tegen de magie die rond het fenomeen hangt. Volgens de Sami is het dansen van het noorderlicht een bezoek van de geesten van voorouders die wijze raad komen brengen. Als je fluit kan je het licht naar je toe lokken, maar let op, als het noorderlicht te dichtbij komt, neemt het je mee.

Een halfuurtje, veel langer duurt het niet. Maar tegen dan is de kou onverbiddelijk onder onze kleren en in onze sneeuwlaarzen gekropen. Verkleumd haasten we ons terug naar het houten hutje.

Lapland is inderdaad meer dan het noorderlicht alleen, maar we zijn verdomd blij dat we het hebben mogen zien.

www.swedishlapland.com

Smelten voor het Icehotel

Een hotel dat elk jaar opnieuw vanaf de grond opgebouwd moet worden. Het klinkt als een heel slecht businessplan. Maar het Icehotel is in enkele jaren uitgegroeid tot één van de belangrijkste werkgevers van de streek.

‘In maart oogsten we het ijs uit de rivier de Torne älv en stockeren het in een enorme ijskast tot volgende winter’, legt promotieverantwoordelijke voor het Icehotel Mikael Dahlberg uit. De blokken ijs wegen elk twee ton, dat is net zoveel als de stenen blokken in de Egyptische piramides. ‘Jaarlijks selecteren we andere kunstenaars die elk een maand de tijd hebben om hun kamer te bouwen.’ Iedere kamer heeft een eigen thema, van abstracte structuren tot ijsberen en zeegoden, allemaal mysterieus verlicht. In het Icehotel is alles van ijs, zelfs de glazen waaruit je drinkt in de ijsbar zijn kleine bevroren kunstwerkjes. Op het ijsbed liggen dierenvellen om je te beschermen tegen de kou en de bezoekers kruipen in een slaapzak om veilig de nacht door te brengen.

‘In april smelt het hotel’, vertelt Mikael. ‘Eerst begint het plafond te druppen, dan verdwijnt het dak en blijft er nog een ijsruïne over die tegen juni helemaal verdwenen is.’ Of het niet pijnlijk is om al dat werk te zien verdwijnen? ‘Nee hoor, dat zorgt voor prachtige surrealistische taferelen’, lacht Mikael. ‘En volgend jaar kunnen we weer een heel nieuw Icehotel bouwen.’

Overnachten in het ijs is wel een luxueuze aangelegenheid. Een ‘gewone’ kamer heb je vanaf € 400 voor één nacht, en wil je het wat luxueuzer, reken dan op € 1.200.

Blijf warm

De kou is een deel van de reiservaring als je naar Lapland gaat in de winter. Bij extreme koude laten technische dingen het soms afweten. Je balpen stopt met werken, als je je smartphone niet dicht genoeg op je lichaam hebt, kan die vreemd doen of gewoon uitvallen, de ventilator van je laptop bevriest en de batterijen van je fototoestel gaan maar voor één vierde van de tijd mee.

Maar het belangrijkste is natuurlijk dat je zelf warm blijft.

  • Draag verschillende laagjes kleren over elkaar om je lichaam warm te houden, te beginnen met thermisch ondergoed. Een gevoerde broek is geen overbodige luxe. Ook handschoenen werken het best als je eerst een paar dunne draagt.
  • Om je gezicht tegen de kou te beschermen kan een balaclava of een sjaal helpen, maar draag je zoals ik een bril, dan gaat die door je eigen adem snel bevriezen.
  • Let op met het smeren van vaseline of andere zalfjes aan je wangen, want die beginnen vanaf -15°C zelf te bevriezen, waardoor ook je huid kan bevriezen. Zoals de Sami zeggen: gewoon even aan wennen, je wangen kunnen meer verdragen dan je denkt.
  • Het échte probleem zijn je voeten. Heb je stevige bergschoenen met wollen sokken, kan je het tot -15°C nog wel trekken, zolang je in beweging blijft. Vanaf het moment dat het kouder wordt, lukt dat niet meer. Bijna alle hotels en andere plekken waar we verbleven verhuren geïsoleerde sneeuwlaarzen. Doen!
  • En niet vergeten, lucht is de beste isolatie. Beter een paar sokken minder aandoen, zodat je meer ruimte hebt in je schoenen die kan opwarmen.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer