Eropuit tussen laaghangend fruit

9 minuten leestijd

Geen beter idee voor een dichtbijvakantie dan een eind wandelen met oog voor de natuur. Met een tocht over Grote Routepaden heb je keuze genoeg aan afstanden en aantal dagtrajecten. Wij proefden twee dagen van de vernieuwde GR 564, de Loonse route tussen Lommel en Huy. Omgekeerd kan ook.

Tekst Chris Van Minnebruggen – Foto’s Siska Vandecasteele

 

reportage
  • Wandelen

Hoogzomer en de weerman klinkt ongenadig: ‘Vandaag en morgen breken we opnieuw temperatuurrecords. In de streek van Borgloon halen we 35 graden, misschien meer.’ Op de valreep vraag ik GR-man Rudy en fotografe Siska om nog een uur vroeger dan gepland te vertrekken. Twee keer om en bij de twintig kilometer stappen onder een loden zon, het is geen doordeweekse opdracht.

Daar staan we dan, om acht uur ’s ochtends bij ’t Klein Cafeeke aan de Kruisstraat in Diepenbeek. Het uithangbord is er nog, maar de deuren zijn al jaren gesloten. Het piepkleine huis met amper een paar tafels voor stamgasten kon niet rendabel blijven. Zonde, want het lijkt me een charmante stek voor wandelaars die hier willen vertrekken of even halt houden. Er is trouwens een halte van de belbus bij het kruispunt. We gaan.

Uitgedroogde Nietelbroeken

Rudy Steyls coördineert het GR-werk in Limburg en doet dat als vrijwilliger. Hij trekt zijn zonnepet naar voren en gidst ons door de Netelbroekstraat om al na een paar honderd meter, weg van het asfalt, het natuurgebied Nietelbroeken in te slaan. Algauw lopen we langs grasland, langs bomenrijen en over een knuppelpad naast een beek. ‘Bij normale weersomstandigheden is dit erg drassig land, bijna moerassig’, weet Rudy. ‘Maar met dit extreem droge weer lijkt dit pad wel wat vreemd. Het natuurgebied is bekend om zijn blauwgrassen en hooilanden, wat er op wijst dat dit toch vooral een natuurlandschap is met oude bomen en fruit.’ Amper heeft hij dat gezegd of we passeren al een kleine fruitgaard. Het kost me moeite van de pruimen af te blijven, maar Rudy gaat er gelijk op af: ‘Loop je door een fruitgaard, dan mag je niets plukken. Maar dit zijn takken die over de afsluiting hangen. Dan mag het wel. Het valt ook te begrijpen. In het seizoen komen er erg veel wandelaars. Die willen allemaal graag een appel, een peer en een perzik voor onderweg. Voor de telers betekent dat serieuze schade aan de oogst.’ Als het pad ons daarna ook nog door een kleine modelboomgaard leidt, speciaal aangelegd als educatieve tuin voor passanten, wil ik ook wel eens proeven van een plukrijpe appel.

Natuurpunt probeert de Nietelbroeken in zijn oorspronkelijke staat te herstellen, want het had veel te lijden onder de rechttrekking van de Mombeek en de aanplant van populieren. Dus trekken we na een tijdje over ruwer terrein, rijkelijk begroeid met struiken. Rudy maakt me attent op de sleedoorns. ‘Zo kan je de bessen niet eten, maar kenners gebruiken ze om smaak te geven aan hun jenever. Ze zijn op hun best als ze even te lijden hebben gehad onder de vorst. Wat je ook kunstmatig kan doen in de diepvriezer. Nadeel is wel dat de vrucht een grote pit heeft.’ Hij vertelt het terwijl hij met de nagel van zijn duim zo’n pit tevoorschijn pulkt.

Als even later het pad overgroeid geraakt, moeten we een ommetje maken over het asfalt. Rudy verontschuldigt zich: ‘Soms kan het niet anders. We werken goed samen met Natuurpunt, met Limburgs Landschap en Regionaal Landschap, maar ieders middelen zijn beperkt en we houden de paden open dank zij heel veel vrijwilligerswerk. Als dat even niet lukt, moeten we wel een kleine omweg maken. En als een privé-eigenaar een pad afsluit, ben je helemaal in de aap gelogeerd.’

Meer peer dan blad

In Kortessem kruisen we de N20 en ruilen het wilde groen voor de kaarsrechte Printhagendreef. De bonkige kasseien zouden niet misstaan in een Vlaamse wielerklassieker. Links van die weg staat een prachtige, tot in de puntjes onderhouden en afgewerkte vierkantshoeve. Stond er geen verbodsbord met Privé naast de toegangspoort, ik zou er zo naar binnen stappen. Kasteelhoeve Printhagen heet ze officieel en de hele omgeving was in de middeleeuwen al eigendom van de heren van Printhagen. Zij waren van niemand afhankelijk, bepaalden zelf de lokale belastingen en spraken recht over al hun leenhoven. Pas in de zestiende eeuw kwam het in andere handen terecht en nog eens tweehonderd jaar later werd eraan verbouwd en bijgebouwd. Samen met de ruime omgeving is de kasteelhoeve beschermd als dorpsgezicht.

Een kilometer verder nemen we de onverharde weg langs een grote fruitplantage. De conferenceperen hangen op laagstamfruitbomen tot tegen de grond. Met hele trossen tegelijk. Van sommige bomen denk ik dat ze meer peer dan blad dragen. ‘Vroeger groeide het fruit op bomen met een hoge stam. Dat fruit was voor lokaal gebruik. Onder de bomen graasde het vee. Scheen de zon te hard of regende het, dan konden de dieren daaronder schuilen’, vertelt Rudy. ‘Maar het is moeilijker plukken als je met een ladder de boom in moet. Vandaag produceren de fruitboeren veel voor de uitvoer. Dus moet het allemaal efficiënter. Maar vergis je niet, er wordt nog altijd met de hand geplukt. Meestal door buitenlandse, dikwijls Poolse arbeiders. Om het werk toch wat lichter te maken, hebben de plukkers schaarliften ter beschikking.’

Ik zie ook weer appels en perziken, er ligt nogal wat fruit op de grond. ‘Allemaal verloren’, weet Rudy. ‘Fruit dat op de grond valt, komt niet in de consumptieketen. Voor de boeren is dat een verliespost. En sinds de Ruslandboycot draaien bedrijven pas echt verlies.’ Langs de kant van de weg staan stapels grote verzamelbakken. Nog een paar dagen en er zal vroeg geoogst worden dit jaar. We lopen langs nog meer bedrijven met grote serres en gigantische betonnen kuipen regenwater. Het waterpeil staat laag.

Kunstwerk als een kloosterommegang

We naderen Wellen en noteren dat hier driehonderd jaar geleden nogal wat geplunderd en gestolen werd door losgeslagen soldaten. Algauw ging de mare dat dieven hun ziel aan de duivel hadden verkocht en op bokken door de lucht vlogen. Kregen ze zo’n onverlaat te pakken, dan werd hij door foltering tot bekentenissen gedwongen en binnen de kortste keren gewurgd en verbrand. Diep in de 18de eeuw kwamen tot vijfhonderd bokkenrijders op die manier aan hun eind.

Door de Herkvallei en de Broekbeemden met hun hooglandrunderen genieten we van een veel ruwer en wilder stuk natuur, beheerd door het Limburgs Landschap. In Kerniel vinden we een welgekomen rustbank in de schaduw van een immense kastanjeboom met zicht op de abdij Mariënlof en fietscafé De Vallei van Colen op de hoek. Gesloten vandaag, maar het gigantische Untitled #158, een kunstwerk van Aeneas Wilder, trekt ons als een magneet naar zich toe. Bedoeling is dat je als door een kloosterommegang rondwandelt in het perfect ronde kunstwerk en focust op je gedachten en emoties. Het landschap van Kerniel neem je door de uitsparingen tussen de latten waar als achtergrond bij je meditatie.

Nog even en we zijn in Borgloon, maar niet zonder een passage langs de Stoomstroopfabriek. Twaalf jaar geleden werd ze wereldberoemd in Vlaanderen toen ze de eerste Monumentenstrijd won. Sinds april 2019 is ze in al haar glorie gerestaureerd. Ook de toeristische diensten, het fruitteeltmuseum, een shop met streekproducten en een blitse bistro De Smaakfabriek zijn er ondergebracht. En natuurlijk kan je aansluiten voor een geleid bezoek. Ga niet naar huis zonder een kuipje  van die donkere, ingekookte vruchtenpulp. Een kernbom aan natuurlijke suikers die je van op het winkelrek toelacht.

Natuurlijke kathedraal

Met lood in de schoenen ploffen we voor ijskoude drankjes neer op een terras in hartje Borgloon. Bezweet laat ik me onder de pannen van B&B De Verborgen Parel in een fris bubbelbad zakken en probeer ik te slapen. Op het binnenplein van die gewezen herenhoeve geniet ik welhaast goddelijk van een uitbundig ontbijt in de koelte van de ochtend.

Maar de tijd vliegt en de zon klimt als een treiterende kogel omhoog boven de boomgaarden. Op een kruispunt van betonbanen sta ik tussen de appelen en de peren bij een gigantische wegwijzer van de Grote Routepaden die me alle windrichtingen uitstuurt. Er komt een vroege loper langs, vriendinnen met een kinderwagen, wielertoeristen. Allemaal willen ze de middaghitte voor zijn. Hier heb ik uitzicht op het golvende Haspengouw. Hier stond de Jenneboom waar heksen op de brandstapel knetterden. Ook Johanna – Jenne – Machiels werd er in 1667 aan de vlammen prijsgegeven. Het gebogen bronzen naakt boven mij herinnert daaraan, maar wil toch een zinnebeeld van verdraagzaamheid zijn.

Ik loop door weer een fruitgaard over een keihard aarden zandpad en ben blij in een holle weg terecht te komen. De struiken groeien naar elkaar toe als de gotische zijbeuk van een kathedraal. Het is er meteen een paar graden koeler. Weldadig koel zelfs. En groen. In het stille Mettekoven loop ik naar het ruime dorpsplein langs een paar villa’s. Er is geen hond op straat. Het asfalt zindert, de kasseien trillen mee. Wat ze normaal alleen doen onder het beuken van een wielerpeloton. Iemand kijkt me vanachter het raam van haar woonkamer stomverbaasd na. Ik lees van haar gezicht: ‘Wat doet die malloot bij dit weer met een rugzak in die volle zon?’ Ik maak dat ik wegkom. Kerkom is nog ver. Te ver voor vandaag.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer