Met zout door het woud

11 minuten leestijd

In Duitsland was hij al langer herontdekt. Tsjechië volgde vorig jaar met nog eens 600 kilometer aan groene wandelwegen door het Boheemse Woud. Maak kennis met een stukje Goldsteig, wandelwalhalla langs de oude zoutroute tussen pakweg Passau en Marienbad.

reportage
  • Wandelen

Alsof je even terug in de tijd flitst. Niet meer dan dertig jaar, net voor de Fluwelen Revolutie met Vaclav Havel. Dat gevoel heb ik bij de grensovergang tussen Duitsland en Tsjechië. Twee verweerde betonblokken in het bos en een roestige, rood-wit gestreepte slagboom. Gelukkig open. Gelukkig zonder wachtpost. Aan deze kant weiden en hier en daar een huis. Aan die kant een wat dreigend bos met joekels van sparren.

Zo lopen we het Nationaal Park Sumava in. Een plakkaat vertelt me dat het woud elk cultuurland herovert zodra de mens zich terugtrekt. Dat klinkt als oorlogstaal. ‘Het heeft ook alles te maken met de Tweede Wereldoorlog’, vertelt Vojen Smisek. Vojen is uit een zeldzaam soort marketinghout gesneden. Hij vertelt uit het hart, is sportief, weet veel voor zijn leeftijd en gaat geen vraag uit de weg. ‘Hitler verjoeg de Tsjechen uit de streek en noemde het Sudetenland. Het communisme nam het land terug en smeet de Duitsers buiten. Zo hou je weinig volk over, natuurlijk. In dat dunbevolkte gebied trokken ze het IJzeren Gordijn op en kon de natuur ongehinderd haar gang gaan. Daar doen we vandaag ons voordeel mee.’

Even goed als goud

‘En toch liep hier 400 jaar geleden nog een bloeiende handelsroute door het Boheemse woud’, vertelt Vojen. ‘Langs die Goldsteig – wij noemen het de Zlata stezka – brachten boeren hele ladingen zout van Passau in Duitsland naar Chodova plana, in de buurt van het kuuroord Marianske Lazne. Jullie kennen het beter als Marienbad. Zout was in de middeleeuwen erg gegeerd. Je kon er voedsel mee bewaren. Men noemde het ook wel het ‘witte goud’, want de handel bracht rijkdom. Voilà, zo weet je meteen waar de naam Goldsteig vandaan komt.’

Deden boeren de trafiek? ‘Ja, in de volksmond raakten ze bekend als Soumar – Saümer in het Duits. Ze deden dat vooral in herfst en winter, na de oogst. Dan hadden ze wat tijd en stonden de karren en lastdieren toch maar op stal. Een bijverdienste, maar ze hadden het geld broodnodig.’

Het zout kwam eerst met schepen over de Donau naar Passau. Daar vertrokken de Soumar in groep, want de route was gevaarlijk. Zaten de wegen onder de modder of de sneeuw, dan konden ze elkaar helpen. Lagen er struikrovers op de loer, dan waren ze samen sterker. Ze overnachtten bij nederzettingen en dorpjes waar ze zich veilig voelden.

Mettertijd ging de kerk zich over de Soumar ontfermen. De bisschoppen onderhielden de wegen en werden daar ook zelf beter van dankzij tolheffingen. Wie daar geen zin in had, koos voor riskante sluipwegen. Vaak waren dat smokkelpaden. Zo ontstond een web van routes, inspiratie voor het wandelnetwerk vandaag.

Bedevaart naar godvergeten plek

Dat we opnieuw verder trekken over asfalt slaat me wat tegen, maar na een eind loofbos, weer dennengroen en een tapijt van varens en mossen op een zee aan rotsblokken trekt een steil pad naar de Mariakapel van Stozecka. Helemaal van hout is ze en niet van de jongste. Ooit kwamen er met Maria-Hemelvaart tot vijfduizend bedevaarders op deze verder godvergeten plek. Onder het communisme raakte de kapel verwaarloosd, daarna kwam de pelgrimage terug op gang. Vandaag ligt ze er weer verzorgd en idyllisch bij.

Het is al een eind in de namiddag als we tussen de vakwerkhuizen van het dorpje Dobra nog eens acht kilometer doorstappen door het moerasgebied van Soumarske Raseliniste. Hier kruiste de Goldsteig de Moldau. Wij volgen het kronkelende water voorbij een beverburcht, nemen een paar houten bruggen en trekken door een berkenbos verder over een knuppelpad langs wolgrassen en roerloze plassen.

Net als we bij een uitkijktoren arriveren, breekt de zon door. Laag aan de horizon zet ze nog vroeg in de herfst het hele gebied in lichterlaaie. De gouden gloed contrasteert heftig met de zwarte turfbodem. Indian summer in Tsjechië, een magisch moment.

Omdat Volary dichtbij is, nemen we onze intrek in het romantisch-gezellige Volarska Roubenka. Helemaal van hout is het landelijke huis tot in de puntjes opgeknapt en beschermd. Zelfs al heb ik een fijne kamer op de verdieping, ik ben stikjaloers op mijn Nederlandse collega’s die beneden een nostalgisch boerenverblijf met de allures van een suite kregen. Ingerichte keuken, eethoek, salon en - godsamme - een fantastisch charmante tegelkachel annex houtoven. Zet kaarsen op tafel, steek een cake in de oven en je krijgt me hier een volgende keer met geen stokken buiten.

Elke week duizend karren

Ietwat stijf in de kuiten lopen we een ochtend later achter gids Tonia Kabelova onder de stadspoort van Prachatice door. Boven ons het reliëf van een ruiter op een steigerend paard. Tonia leest het opschrift luidop: ‘Mens, vergeet nooit de welstand die wij Rotenbergers hebben gebracht.’ Een waarschuwing die kan tellen. ‘Ja, die Rotenbergers waren een machtig geslacht. Concurrenten van de Boheemse koningen ook’, weet Tonia en ze toont ons de gevels vol graffiti uit de renaissance. ‘Met de zouthandel werd ook kennis uitgewisseld, kwamen nieuwe ideeën en bouwtrends uit andere landen overgewaaid. Prachatice ontstond in de veertiende eeuw. Eerst als rustplaats, maar een ongeschreven wet zei dat een nieuwe stad ook een school, een kerk en een kerkhof moest hebben. De kerk is naar Jacobus genoemd, beschermheilige van de pelgrims, want dat waren die reizende handelaren in zekere zin. En op het oude raadhuis zie je nog meer graffiti die naar de zoutroute verwijzen. Twee vrouwenbeelden symboliseren de deugden vlijt en spaarzaamheid. Daaronder een hele optocht met karren, draagstoelen en voetvolk. De route van het witte goud dat welstand bracht.’

Had je het verhaal van de Goldsteig nog niet van een gids of uit de boekskes, aan het marktplein van Prachatice hebben ze er nog een museum aan gewijd. Op de binnenkoer loop je zelfs door een straat met paarden, karren en Soumar, klankband van een kroeg en smidse inbegrepen. Ik leer er dat wekelijks meer dan duizend karren door de stad trokken en dat na verloop van tijd veel meer verhandeld werd. Dure specerijen als peper, kaneel en vanille, maar ook smeedwerk, Venetiaans glas en chique stoffen op de heenweg. Hop, bier, leder, gerst, pelzen, likeur en glasparels terug richting Passau. Prachatice werd gaandeweg verdeelcentrum om ook andere delen van het land te bevoorraden en bloeide. Het hele feest viel abrupt stil toen de Habsburgers de macht grepen en de handel voortaan vanuit Salzburg organiseerden. Salzburg? Natuurlijk, daar heb je dat zout weer!

Tussen oerbos en Klein-Scandinavië

Gaf het moeras van Soumarske Raseliniste ons al een groene opkikker, vanaf nu ontdekken we pas echt de natuurlijke rijkdom van het Boheemse Woud. Eerst klimmen we vanuit Idina Pila door het oerbos van Boubin naar de bergtop met dezelfde naam, 1.362 meter hoog. We puffen en blazen steil omhoog, maar daar maal je niet om in zo’n verwilderd bos met bomen van wel vier eeuwen oud. De uitkijktoren op de top als extraatje laten we niet links liggen. Met wat geluk zie je heel in de verte de witte Alpentoppen.

Het moet de Tsjechen ernst zijn met de natuurbescherming. Het Boubinbos kreeg de status van natuurreservaat, met het uitgestrekt veenmoeras van Jezerni Slat bij Kvilda ging het net zo. Iedereen overschouwt er het landschap vanop een houten plateau, maar niemand mag het terrein op met zijn zompige bodem die je meer dan zeven meter diep kan meezuigen.

Als alternatief is er het vlakbij gelegen en nagelnieuwe bezoekerscentrum van het nationale park. Josef Stemberk werkt al jaren voor het park en vertelt dat hier alles draait om de edelherten. Een asfaltpad loopt door hun territorium, zo kunnen ook rolstoelgebruikers de dieren observeren, maar is niet toegankelijk in de bronsttijd: ‘Dan zijn de dieren net iets te onberekenbaar, agressief soms.’ Liever vertelt Josef over het lokale ecosysteem: ‘Dat ontstond na de laatste ijstijd en leverde ons gletsjermeren, bijzondere planten en dieren op. Veel mossen werken als een spons en op bomen groeit elandmos. Ja, we hebben hier nog een paar elanden en we noemen de omgeving weleens Klein-Scandinavië. We hebben trouwens ook lynxen. Erg mensenschuw, maar in het centrum kan je hun bewegingen en gedrag observeren met live televisiebeelden.’

De bronnen van de Moldau

Weer wil onze kleine karavaan verder over de gouden route. Al slaan we daarvoor eerst een caloriebom naar binnen in het vrolijk gedecoreerde U Krale Sumavy. Bij die Koning van Sumava serveren ze al honderdtachtig jaar het overpopulaire Boruvkove knedliky se zahourem a Tvarohem. En daarmee verschijnen op mijn bord twee bolronde kanjers kwarkkaas, gevuld met warme bosbessen en overgoten met bosvruchtensaus. Een dessert, denk je dan. Maar nee, dit zoete gerecht kregen hardwerkende landarbeiders als lunch voor de kiezen. Lekker, maar het begrip plat de résistance krijgt hier een nieuwe dimensie.

Vojen wil ons dit keer naar de bron van de Moldau gidsen. En opnieuw ontdekken we een ander landschap. De zon schijnt voluit en naast ons verschijnt tussen het brede pad en de glooiend groene bossen verderop een landschap vol tot aan de kruin gestripte naaldbomen. Of hoe de pijnboomkever genadeloos toeslaat. Best desolaat, al die grijze speren in de lucht.

In mijn fantasie zie ik al wat onfrisse ruiters uit Game of Thrones opduiken, in werkelijkheid houdt Vojen halt bij een wat dieper gelegen plas langs de kant van de weg. We hangen er over de reling en kijken in de put tot er een halve minuut later een gulp water opborrelt en daarna nog een. En nog een, eindeloos. ‘Dit is het begin van de Warme Moldau’, doceert Vojen. ‘Wij zeggen de Tepla Vltava. Bij Volary komt ze samen met de Koude Moldau of Studena Vltava. Van daar af heet de stroom gewoon Moldau. Vltava komt van het Germaanse Wilth-ahwa of wild water.’

Erg wild oogt het Moldautje nog niet, maar Vojen laat toch maar horen dat hij van wanten weet. Hij vertelt hoe die stroom ook figureert in het beroemde symfonische gedicht Ma Vlast - Mijn Vaderland - van Bedrich Smetana. Als om het zaakje te beklinken ritst hij zijn rugzak open, haalt er een kooksetje uit en maakt ter plekke koffie terwijl de zon duikt en het frisser wordt.

Het IJzeren Gordijn in de mist

Oog in oog met de Duitse grens slapen we die nacht in Hotel Alpska Vyhlidka. Groot, comfortabel, erg rustig en mooi gelegen. Maar met een wachttoren, prikkeldraad en wegversperringen naast de deur. Herinnering aan het IJzeren Gordijn, met foto’s ook van soldaten, vluchtelingen die over en onder de versperring probeerden door te komen. Pijnlijke gezichten, pijnlijke herinneringen.

Wij, gelukzakken die het nooit hebben meegemaakt, wandelen vrijuit naar Duitsland door een overweldigende natuur. En maken er een korte nacht van. Want hier zie je de Melkweg nog in een schitterende sterrenhemel. Hier hangen om vier uur ’s ochtends golven roerloze mist tussen de bergen. Hier zet de opkomende zon het land nog een keer in lichterlaaie en zie je hoe ze de rijp op planten, grassen en struiken doet verdwijnen.

Nog één keer trekken we de rugzakken over onze schouders. Voor een tocht naar het kasteel van Kasperk. Je ziet de burcht al van ver liggen in dat majestueuze landschap. Keizer Karel liet ze bouwen in de 14de eeuw. Niet onze keizer Karel, de vijfde, maar die uit Praag, de vierde. Ook een heerser over het Heilige Roomse Rijk trouwens, alleen een paar honderd jaar ouder. Voor hem was dit kasteel bijzonder. Getuige daarvan het originele decreet dat ze in een vitrinekast bewaren. Het vertelt dat Karel IV de Goldsteig erkent en doet bewaken. Goed gezien, want vanop deze hooggelegen plaats konden de wachters een enorm gebied controleren.

‘Maar er was nog een reden’, zegt Vojen terloops. ‘Er was goud gevonden in de buurt. Dus moesten ook de goudmijnen gecontroleerd en beschermd worden. Ter meerdere eer en glorie van de keizerlijke schatkist uiteraard.’ Geen plek, me dunkt, waar de Goldsteig meer betekenis krijgt.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer