Wintersport in de Franse Alpen: op latten naar de top
Op wintersport gaan zonder ook maar één keer een skilift te nemen? Dat kan. Bijvoorbeeld als je gaat toerskiën: met speciale latten kan je zelf de berg beklimmen voor je eraf glijdt. Of natuurlijk door te gaan wandelen! Wij trekken naar Val d’Arly en Combloux in de Franse Alpen.
- Wandelen
- Uitstappen en vakanties
Espace Diamant is een familiaal skigebied met 192 kilometer pistes tussen 1.000 en 2.069 meter. Dat is niet heel erg hoog, maar door de ligging tegen de Mont Blanc – die je haast overal ziet schitteren – is het gebied erg sneeuwzeker. Bovendien kom je hier in een erg gemoedelijke sfeer terecht. De dorpjes Flumet, Notre-Dame-de-Bellecombe en Crest-Voland vormen samen Val d’Arly. Daartoe hoort ook het idyllische La Giettaz, nog zo’n gezellig chaletdorpje. Dat maakt dan weer deel uit van het uitdagender skigebied Portes du Mont Blanc met 100 kilometer piste tussen 1.200 en 1.930 meter, net als het authentieke Combloux en het chique Megève.
In de schaduw van de hoogste berg van West-Europa kan je ook perfect genieten van de winterse bergen zonder een skipas te hoeven kopen. Er zijn talloze uitgestippelde wandelingen. Om niet te weg te zakken in een dikke laag kraakverse sneeuw of om niet uit te glijden op het ijs trekken we sneeuwschoenen aan, raquettes in het Frans. We gaan op zoek naar dieren en steken van alles op over de natuur, de cultuur en de mensen in de Savoie en de Haute Savoie.
Ski’s met velcro
Als kers op de taart leren we toerskiën. ‘Dat is een mengeling tussen skiën, langlaufen en wandelen. En tegelijk een sportieve opwaardering van het skiën of boarden’, vertelt monitor Sylvain Lapraz. In the middle of nowhere trekken onze skischoenen aan. Die lijken fel op gewone skischoenen, maar hebben een andere binding en als je een knop omdraait, kan je er makkelijker mee stappen. Opvallender is de toerski zelf. ‘Ze is wat korter en lichter. Elke kilo telt als je naar boven klautert’, legt Sylvain uit. ‘Vooral de binding is anders. Er is een bevestiging voor harschijzers die voorkomen dat je achter- of zijwaarts wegglijdt.’
Ook stijgvellen zijn essentieel. Dat is een soort velcro met haartjes die in één richting opstaan. ‘Als je het op je skilatten kleeft, kan je ermee bergop lopen zonder te glijden. Vroeger bestonden die uit dierenhuiden, tegenwoordig zijn ze synthetisch.’ Veel meer uitleg komt er niet. Leren toerskiën doe je niet door te kwebbelen, maar al doende. Tot slot geeft Sylvain nog een laatste tip: ‘Trek je jas maar uit. Het is perfect als je bij de start net een beetje te koud hebt. Tijdens het stijgen krijg je het geheid warm’, grijnst hij.
En met die boodschap trekken we het bos in. De voorgaande nacht heeft het flink gesneeuwd en de takken van de bomen hangen stevig door. Als eersten trekken we sporen in het verse witte dons op de grond. We schuiven door een magisch wintertafereel en langzaam klimmen we de berg op. Het eerste stuk van de klim gaat zachtjes door een bos. Heel relax. Tot onze weg een stukje naar beneden gaat over een nauw pad. Dat is wennen, want chasse-neige (ploeg), dat lukt amper in de diepsneeuw.
Winterse work-out
Het lijkt misschien alsof toerskiën een enorm technische aangelegenheid is, maar dat valt nogal mee. Er bestaan parcours voor alle niveaus. En het grootste deel van de klim is het puur plezier: je glijdt voort in het midden van de winterse natuurpracht alsof het landschap van jou alleen is. Je lijkt één te worden met de besneeuwde bergen. Bovendien krijg je er een stevige work-out bovenop. Het is werken om de top – letterlijk dan – te bereiken. Maar wat een zalig gevoel om achteraf terug naar beneden te skiën. Alsof je de berg eigenhandig hebt getemd.
Meer over lezen? Je vindt de volledige reportage terug in Pasar Wandelen van oktober 2024.