Kamperen in het hol van Pluto: de meest afgelegen campings ter wereld
- Kamperen
De meest zuidelijke: Antarctica
Vooral wetenschappers poten hun tenten neer op de zuidpool. Ze bestuderen er het stijgende zeeniveau, eten spam, worsten en astronautenkaas uit blik en moeten af en toe om drie uur ‘s nachts opstaan om te kijken of hun tent nog rechtstaat terwijl de wind giert aan 150 kilometer per uur. Wanneer de natuur roept, kunnen ze terecht bij de ‘plasstok’ of in de toilettent. Elke tent heeft een noodrantsoen die de bewoner ervan toelaat om een sneeuwstorm van 20 dagen te overleven. Als u er geen tien jaar aan de universiteit voor over hebt, kan u ook mee met een van de toeristische expedities die op Antarctica overnachtingen in tenten aanbieden.
De meest noordelijke: Spitsbergen
Op 78˚15’ noorderbreedte kan u uw tent optrekken op het toendraveld van Longyearbyen Camping. Zorg er wel voor dat u alle barbecuerestjes opeet, anders riskeert u het bezoek van een ijsbeer. Sinds zo’n kolos een campingmedewerker doodde, is de camping uitgerust met een elektrisch hek en twee waakhonden. Vanop het keienstrand naast de camping, waar soms duizend jaar oude walvisbeenderen naar boven komen, kunnen de meest koudebestande kampeerders zich wagen aan een duik. Wie z’n innerlijke Wim Hof succesvol uitlaat, krijgt een ijsberenbrevet en mag (uitzonderlijk) gratis douchen.
De hoogste: Mount Everest
Mount Everest telt twee rudimentaire basistentenkampen, een aan Nepalese kant (5364 meter boven zeespiegel) en een aan Tibetaanse kant (5150 meter). Al kondigde Nepal in 2022 aan het basiskamp met 200 à 400 meter te verlagen - de Khumbugletsjer smelt razendsnel en dat maakt het gevaarlijk voor kampeerders. Wie nog hoger wil kamperen, moet zich aan de klim richting top wagen. Aan Nepalese kant kan u onder meer bivakkeren in Camp II, in de Vallei van de Stilte, of in Camp III. Verwacht daar niet te veel van: in Camp III moet u zelf een smalle pitch uit de sneeuw hakken, op enkele centimeters van de richel. De hoogste kampeerplaats ligt aan Tibetaanse kant: op 8300 meter, diep in de Zone des Doods.
De meest buitenaardse: de zoutvlakten van Bolivia
De zoutvlakten Salar de Uyuni strekken zich uit over 12.000 vierkante meter, een witte leegte ter grootte van Vlaanderen. Glamperen kan er in luxueuze ecokoepels op houten platformen. Groot voordeel: voor zout op uw campingpasta moet u niet ver gaan.
De meest afgelegen: Uluru
Uluru, de roestige rots die oprijst uit de Australische outback, ligt 450 kilometer van Alice Springs, het dichtstbijzijnde dorp die naam waardig. Een ritje naar Darwin, de hoofdstad van Northern Territory, komt uit op bijna 1000 kilometer. Sydney ligt in vogelvlucht 2200 kilometer verderop, de afstand tussen Brussel en Istanboel. Kamperen kan in Longitude 131˚, een luxekamp met zestien tentpaviljoenen in de rode duinen, of in de simpelere Ayers Rock Campground. Opgelet dat u niet per abuis een petanquebal tegen iemands hoofd gooit: de dichtstbijzijnde ambulance staat in Alice Springs.