Winterwandelen met je hond: dit zegt de dierenarts

Dierenarts Inès Van Crombruggen: ‘Elke hond gaat anders om met koud weer. Kleine honden kunnen er over het algemeen minder goed tegen: ze staan dichter bij de grond en hebben meestal een dunnere vetlaag. 

Ook de vacht speelt een rol. Honden met een ondervacht zijn beter bestand tegen koud weer. Honden met een dunne vacht, een kale buik, puppy’s en zieke dieren hebben meer risico op onderkoeling. Hoewel middelgrote en grote honden dus beter tegen een graadje minder kunnen, wees je maar beter bij elke hond alert bij een temperatuur van minder dan 8 graden. 

Als je viervoeter het koud heeft, zal hij gaan rillen, wordt hij apatischer, vertraagt zijn hartslag en ademt hij moeizamer. Als je hond onderkoeld is geraakt, zorg dan dat hij snel weer opwarmt. Gebruik warme dekens of warmwaterkruiken.’

3 praktische tips van dierenarts Inès

1. Zorg eventueel voor een hondenjasje of hondentrui, als je hond gauw kou heeft.
   Hou het tempo tijdens je wandeling wat hoger. Zolang je hond goed doorloopt, koelt hij niet zo gauw af.
2. Houdt je hond van water? Laat hem niet zwemmen in de koudste periode van het jaar.
3. Wrijf de zooltjes van je hond voor je wandeling in met een balsem of laat hem schoentjes dragen, zeker bij sneeuw of ijs. Spoel de zooltjes na je wandeling af.