Da’s écht mountainbiken!
Wat doe je met een berg als de sneeuw is gesmolten? De berg op fietsen en er daarna weer afdonderen. Simpel. Zeker nu e-mountainbikes de sport voor iedereen toegankelijk maken. Deze boodschap is ook gehoord in Les Trois Vallées, het grootste skigebied ter wereld. Of moeten we straks zeggen: het grootste fietsgebied in de bergen?
- Fietsen
Als het over Les Trois Vallées gaat, denken de meeste mensen meteen aan skiën. Dat is aan het veranderen: met de omwarming van de aarde en nieuwe klimatologische omstandigheden richt het gebied zich nu meer op het zomerseizoen, waarbij mountainbiken een centrale rol speelt. E-mountainbike mee in plaats van ski’s? Dat is het symbool geworden voor de aanpassing aan de nieuwe seizoenen. Hier komen mens en machine samen op skipistes, die nu zijn getransformeerd tot spannende en toegankelijke trails voor iedereen.
‘Voor iedereen, zal wel…’, hoor ik je denken. Mountainbiken in de Alpen, dat is toch technisch en best wel gevaarlijk? En daarvoor moet je een deksels goeie conditie hebben. Het tegendeel is waar. E-mountainbiken heeft de sport - én de bergen - toegankelijk gemaakt voor iedereen. Dat bewijst mijn vriend Jérôme. Jérôme is honderd procent Fransman. Jérôme, de typische Franse bon vivant, komt uit het hart van Toulouse. Het dichtste bij sporten dat hij ooit kwam, was op een scooter naar het restaurant rijden. En dat is letterlijk zo. Voor deze driedaagse is hij nog snel langs Decathlon gereden voor een fietsbroek. Hij zal ons de komende drie dagen bewijzen dat e-mountainbiken in Les Trois Vallées echt voor iedereen genieten is.
Dag 1: Laag beginnen
We starten low. Letterlijk en figuurlijk. In Brides-les-Bains, in de Tarentaise-vallei op ongeveer 600 meter boven zeeniveau, wat beduidend lager is dan de meeste andere bekende dorpen in het skigebied. Luxe plaatsen zoals Méribel, Courchevel en Val Thorens liggen veel hoger. Het is trouwens ook vriendelijker voor je portemonnee om hier te starten. We vertrekken vanuit ons hotel Amélie, waar we het merendeel van onze bagage achterlaten, voor een driedaagse fietstocht door de bergen. ‘We’ vormen een gemengde groep fietsers: Timy en Yann, onze twee zeer geduldige en vriendelijke gidsen en instructeurs, hebben duidelijk de meeste ervaring. Ikzelf, samen met enkele anderen, schat mijn niveau als gemiddeld in, en dan hebben we Jérôme. Nul ervaring, en op het eerste gezicht weinig enthousiast. Bij het hotel krijgen we onze eerste uitleg over hoe zo'n fiets werkt. Geduldig leggen Timy en Yann uit hoe je moet schakelen om de kracht van de fiets optimaal te benutten, en hoe je bergop en bergaf moet rijden. Voor Jérôme eindigt de eerste kennismaking met een kleine val. De gidsen en de andere deelnemers kijken bezorgd toe. Komt dit wel goed?
Eerste klimmetje
We geven de fietsen de sporen, steken de rivier over en werpen een laatste blik op het pittoreske dorpje over onze schouder, om even verderop de eerste klimmetjes aan te vatten. Voor mezelf is het doseren van de kracht van de motor cruciaal. Ik ben zelf geen lichtgewicht; met meer dan 100 kg vraag ik wel wat van de motor en de batterij. Maar daar maak ik me na 1 km al geen zorgen meer over. Ik moet mijn ogen de kost geven, want onze gidsen kennen de streek als hun broekzak en loodsen ons behendig over steeds smaller wordende paden. ‘We rijden richting Courchevel’, vertelt Yann. Hij kan me vanalles vertellen, ik heb er geen idee van. We maken een wijde bocht, volgen bredere grindpaden, en nemen even pauze bij een fontein om de dorst te lessen en uit te kijken over het landschap. Ondertussen slaat Jérôme's hartslagmeter in het rood uit, net als de kleur van zijn gezicht. We passeren een gehucht en ik voel me au zénith, op mijn maximale kunnen, omgeven door majestueuze landschappen, gedragen door de motor. De zon volgt ons ritme van de langzame klim. Tijd voor de lunch. Jérôme ploft neer en wil half lachend, half serieus een Ricard bestellen, maar Yann raadt hem dat toch af. Niet alleen moeten de benen van onze Franse levensgenieter wennen aan een sportievere instelling, ook zijn hoofd. Dan maar wijn, besluit hij. Hier in Courchevel Le Praz, waar we onze lunch nuttigen op 1.300 meter hoogte in de Franse Alpen, voel ik wat leven is. We laten de traditionele Savoyaardse architectuur achter ons en laten de fiets nog even op de laagste ondersteuningsstand staan. Hier is het nog relatief glooiend. Dat zal de komende dagen wel anders worden.
Op naar de hoge Alpen
Mijn eerste echte steile klim verwerk ik bijzonder makkelijk. We stappen uit bij de gondel - ja dat kan dus, je fiets meegeven met de kabelbaan. Wij maken gebruik van de nieuwe Le Praz gondellift in Courchevel, waarmee je snel toegang hebt tot het skigebied Courchevel 1850. Om te fietsen, te wandelen of in de winter te skiën natuurlijk. Hierna volgt een eerste afdaling, er wordt gekozen voor een makkelijke grindweg. Iedereen in de groep glijdt zonder problemen mee. De remschijven warmen op, het uitzicht wordt wilder en mooier. We gaan richting de hoge Alpen, dat is duidelijk, bergen en toppen worden ruwer rondom ons. Na het afdalen en het afstoffen van wat plakkend zand aan een bergmeertje, begint het zwaardere werk. De klim gaat naar ons einddoel van vandaag, de Grand Plan hut. De route is uitdagend, maar haalbaar dankzij de elektrische ondersteuning van je mountainbike. De paden variëren van goed onderhouden trails tot rotsachtige secties die je technische vaardigheden uitdagen, maar het is doenbaar voor iedereen. We fietsen door de Vallée des Avals, omringd door indrukwekkende bergketens zoals de Dent du Villard en de Mont Jovet. Marmotten fluiten naar ons, maar of ze ons aanmoedigen of uitlachen? Daar kom ik niet achter. De groep splitst. Sommigen, waaronder ikzelf, maken nog een rit richting Col de Chanrouge, anderen kiezen voor de veilige haven, de hut. Op 2.350 meter kunnen fiets en berijders aan het infuus. De hut voorziet in elektriciteit en het nodige vocht. De calorieën worden aangevuld aan de gemeenschappelijke tafel. Alles is hier gemeenschappelijk, zoals altijd in berghutten: de kamers, de tafels, het gevoel van eenheid, de verwondering over de stilte en schoonheid en de grootsheid van de bergen. We zien de Mont Blanc in de verte: die gaat slapen onder een karmozijnrode zonsondergang. Dat moeten wij, na de nodige Génépi, ook doen. Ik heb behoorlijk getrainde benen, maar ben moe. De verhalen dat e-mountainbiken geen sport is, kunnen de prullenbak in. Wie de normale pijn in de benen kent na een dag fietsen in de bergen, zal aangenaam verrast zijn. Dat is het mooie van elektrische ondersteuning: je bent lichamelijk moe, maar niet uitgeput. Ook de moraal om er de volgende dagen weer in te vliegen is groot, of zoals Jérôme deze dag zo mooi afsluit: ‘pessimisme is een kwestie van stemming en optimisme een kwestie van wilskracht’. De Génépi doet ook hem zijn vermoeidheid vergeten.
Dag 2: Klimmen, klimmen en klimmen
Vroeg uit de veren, zo gaat dat in de bergen. En zo gaat het ook na een dag klimmen. Je denkt dat je begint met afdalen. Niets is minder waar, we gaan nog hoger, langs een smal bergpad, een echte singletrack. De ervaring van de eerste dag op de e-mountainbike maakt dit ook voor iedereen toegankelijk. Soms moet er wat gewandeld worden en je hoogtevrees laat je beter thuis, maar al bij al valt het reuze mee. Iedereen komt over de korte klimmetjes heen. Meer nog: ik zie het gezicht van Jérôme opklaren.
We zijn een dag onderweg en hij heeft duidelijk de smaak te pakken. Hij geniet. ‘Ik word één met deze weelderige natuur, en het fundamentele plezier in mijn wezen geeft me eindelijk de beheersing van deze sport. Nu laat ik me moeiteloos meenemen door deze fiets, die eindelijk een bondgenoot is geworden, als een trouw en trots strijdros uit vroegere tijden’, filosofeert hij zoals alleen een Fransman dat kan. Benieuwd of hij dit de hele dag zal volhouden… Er staan ons nog enkele mooie verrassingen te wachten. Maar nu eerst toch even afdalen. Zoals de wet van de bergen voorschrijft, volgt daarna weer een klim. En wat voor een klim! Eentje uit de Tour de France.
De Col de la Loze, een relatief nieuwe beklimming in de Tour de France, werd voor het eerst opgenomen in de editie van 2020. Deze klim van ongeveer 21,5 kilometer is een van de meest uitdagende in de Tour. De gemiddelde stijgingsgraad is 7,8%, maar op sommige stukken kan deze oplopen tot wel 24%. De klim begint op ongeveer 1.300 meter hoogte en voert de renners naar een top op 2.304 meter boven zeeniveau, met een hoogteverschil van bijna 1.000 meter. Voor ons is het echter vooral genieten van de spectaculaire uitzichten. Vergis je niet, zelfs op het elektrische ros blijft het zweten, stampen en doorgaan. Eenmaal boven zie je de skigebieden van Méribel en Courchevel onder je voeten schitteren. Het is een prachtige dag, waarbij we ook een oude bekende in de verte weerzien: de Mont Blanc die zijn eeuwige sneeuw toont.
De zwarte piste?
Wie dacht dat de afdaling langs het beton zou gaan, komt bedrogen uit. We verlaten de weg en kiezen voor alpenweiden om af te dalen. Wat verder verdelen we de groep tussen de meer ervaren mountainbikers en de nieuwkomers. Zodra de fiets wat vertrouwder aanvoelt tussen de benen, is er keuze te over aan technische afdalingen. Onder leiding van Timy wagen wij ons aan een dropje of een s-bocht, maar we gaan niet verder dan de rode stukken. Net als bij het skiën kun je de afdalingen voor mountainbiken indelen in kleuren. Deze kleurcodering helpt fietsers bij het kiezen van routes die bij hun ervaringsniveau passen. Groene routes zijn zeer gemakkelijk en ideaal voor beginners en gezinnen, terwijl blauwe routes gemakkelijk zijn en geschikt voor beginners die hun vaardigheden willen verbeteren. Rode routes bieden een gemiddelde moeilijkheidsgraad en zijn bedoeld voor meer ervaren rijders die op zoek zijn naar een uitdaging. Zwarte routes zijn het moeilijkst en ontworpen voor ervaren rijders die technische en steile afdalingen aankunnen.
We arriveren enigszins door elkaar geschud bij de lunchplek, midden in het bos aan het vliegveld van Méribel bij het chalet-restaurant Le Clos Bernard. Jérôme heeft groene strepen op zijn broek. Een eerste valpartij zonder ernstige gevolgen wordt weggespoeld met een glas wijn. ‘Niets ernstigs, het dikke groene tapijt heeft me zacht opgevangen. De natuur weet vergevingsgezind te zijn als je haar respecteert’, zegt hij lachend, ‘en wat is er beter om de rode bloedcellen aan te vullen dan een glas wijn?’ voegt hij eraan toe na een tweede slok. Daar ben ik zelf niet zo van overtuigd. Ik houd het bij een cola zero en enkele plakken Beaufort op bladerdeeg, een recept van oma Gisèle, wordt me verteld.
Op met de kabelbaan
Hup, terug de hoogte in, richting Lac du Lou waar ook de refuge voor de nacht is. In een strak gemotoriseerd tempo gaan we naar boven tot aan het machtig koude meertje, op 2.000 meter hoogte. Ook hier mag je dat gemotoriseerd zeer letterlijk nemen. Vlak na de passage door Méribel Les Allues kiezen we opnieuw voor een lift, met de toepasselijke naam La Tougnète, richting Col de Tougnète. De fietsen hangen zwevend aan de kabelbaan, goed voor de reserves van de batterij en goed voor de benen. Want ook het afdalen vergt de nodige inspanning. We gaan verder door kombochtjes en lange zachte klimmetjes, afgewisseld met steilere afdalingen en straffe hellingen omhoog. Wat verder nemen we een stuk van de nieuwste fietsroute in Les Trois Vallées: La Tougnète, hoe kan het ook anders. Deze volledig geasfalteerde route, exclusief voor fietsers, biedt een uitdagende klim naar 2.430 meter met adembenemende uitzichten over de Alpen. Da’s ideaal voor wielrenners die op zoek zijn naar nieuwe avonturen in deze streek. Maar wij zijn met de mountainbike, dus lang blijft het asfalt niet onder onze wielen: rechts en links ervan liggen mountainbiketrails die de fietsweg kruisen. We passeren schapen, gaan door stroompjes, over bruggetjes en komen aan over een bredere grindweg bij onze nachtplaats, de Refuge du Lac du Lou.
De vernieuwde Refuge du Lac du Lou is een welkome toevoeging voor avonturiers die op zoek zijn naar een modern alpien toevluchtsoord. En het meertje biedt verkoeling, al is het te koud voor mij, maar wel perfect voor helden met een dik vel. De verplichte Fondue Savoyarde gaat er vanavond in als zoete koek. Het is nodig: e-mountainbiken vraagt ook om brandstof voor het lijf, zeker op deze hoogte. Misschien niet zo stevig als bij analoog fietsen, maar het eten en de nachtrust zijn welkom. Al is ‘rust’ niet het juiste woord. We worden 's nachts verrast door een onweer dat je alleen in de bergen kunt tegenkomen. Het is een groots klank- en lichtspel, dat zich boven de toppen uitstrekt.
Dag 3: Eindelijk afdalen
Daar is de zon. Opnieuw. We hebben geluk gehad de vorige twee dagen, alleen maar zon gezien, en vandaag zal het niet anders zijn. We dalen af richting het Tuedameer, we spelen twintig kilometer lang met de tweeduizend meter grens. Ook hier worden de groepen weer gesplitst. Dat is het fantastische aan deze manier van de bergen verkennen: iedereen kan op de e-mountainbike zijn eigen ding doen, zijn eigen grenzen opzoeken.
Wij zoeken die van de fiets eens op. We doen een helling die richting de 30% of zelfs iets meer bergop gaat. ‘Goed naar voren leunen en de kracht van de fiets gebruiken’, krijgen we als tip mee. Ik vloek zachtjes binnensmonds. Verdorie, dit lukt gewoon! Dit zou ik nooit kunnen met een gewone mountainbike. Ook de afdalingen zijn gevarieerd en hier en daar op het randje voor mij. We gaan even door het bikepark met brede kombochten, om door te stoten tot aan het meer.
Aan het Tuedameer staat Olivier, de lokale toeristische hoofdman, op ons te wachten met een lunch bestaande uit lokale producten. Denk aan kaas, veel kaas: Beaufort, Tomme de Savoie, Reblochon, en Emmental de Savoie. Worst, Saucisson de Savoie en Diots. En bier. Ook daar slagen ze tegenwoordig best goed in, die Franse wijnliefhebbers, om bier te brouwen. Het lokale bier, simpelweg Bière des 3 Vallées van de Brasserie Alpine, is echt aangenaam.
De groep van Jérôme voegt zich bij ons. Jérôme straalt. Wat een metamorfose. Een sofa-atleet is veranderd in een aspirant-coureur. Na de lunch gaan we richting de vallei, terug naar ons vertrekpunt, Brides-les-Bains, waar de rest van onze bagage op ons wacht. De laatste vijftien kilometer zijn de makkelijkste van deze reis. Bijna constant gaat het bergafwaarts, eerst zachtjes, dan wat steviger, we laten ons glijden tot aan ons vertrekhotel.
We nemen afscheid van elkaar. Drie dagen lief en leed delen op de fiets, aan tafel, in de bergen, in de slaapzaal, in het meer: het doet wat met een mens. Het zorgt voor een verbinding die je alleen hier kunt voelen. Les Trois Vallées kan gerust zijn. Het e-mountainbiken is wat mij betreft een zeer goed zomers alternatief voor het skiën, je leert de streek op een totaal andere manier kennen en bovendien is het haalbaar voor iedereen.
Elektrisch mountainbiken: op naar nieuwe avonturen!
Met de ondersteuning van een elektrische motor kan je moeiteloos steile hellingen beklimmen en uitdagende terreinen verkennen die vroeger buiten bereik leken. Deze vorm van mountainbiken combineert de opwinding van offroadfietsen met de praktische voordelen van elektrische technologie. Het grootste voordeel van een elektrische mountainbike is de extra kracht die het biedt tijdens beklimmingen. Fietsers kunnen verder en hoger gaan met minder inspanning, waardoor ze meer tijd hebben om te genieten van de natuurlijke schoonheid om hen heen. Dit maakt de sport toegankelijker voor beginners tot gevorderden die hun vaardigheden willen verbeteren op uitdagende trails. Toch zijn er ook uitdagingen verbonden aan elektrisch mountainbiken. Het vereist vaardigheid en ervaring om de kracht en snelheid van de fiets te beheersen, vooral op technische afdalingen waar precisie en controle cruciaal zijn. Het onderhoud van de batterij en het gewicht van de fiets kunnen ook factoren zijn om rekening mee te houden tijdens lange ritten in ruw terrein. Elektrisch mountainbiken biedt een duurzaam alternatief voor traditionele vervoerswijzen in bergachtige gebieden, met minder impact op het milieu. Het stelt je in staat om verder te verkennen, meer te ontdekken en jezelf uit te dagen in adembenemende natuurlijke omgevingen zoals Les Trois Vallées. Of je nu op zoek bent naar ontspanning of adrenaline, elektrisch mountainbiken belooft een opwindend avontuur te zijn voor iedereen die de wildernis wil verkennen op twee wielen.
De toekomst van Les Trois Vallées: het nieuwe fietsseizoen
Les Trois Vallées, dé wintersportplek, omarmt nu ook de zomerse charmes van de Franse Alpen. Terwijl het skiseizoen korter wordt door de opwarming van de aarde, richt Les Trois Vallées zich op het diversifiëren van het aanbod, met een nadruk op zomeractiviteiten die gebruik maken van de bestaande infrastructuur. Met een uitgebreid netwerk van liften en pistes dat in de zomer kan worden omgezet naar mountainbikepaden en wandelroutes, biedt Les Trois Vallées avonturiers en natuurliefhebbers de kans om de landschappen en de vrijheid van de Alpen te verkennen, zonder afhankelijk te zijn van sneeuw. Hoewel de winter nog steeds een cruciale aantrekkingskracht blijft behouden, onderstreept Les Trois Vallées zijn toewijding aan het aanpassen aan de veranderende klimaatomstandigheden door een scala aan zomerse activiteiten aan te bieden.
Bagage of niet?
Wij fietsen zonder bagage, omdat deze met de auto naar de hutten wordt gebracht. Dit is echter niet altijd mogelijk. Een alternatief is om je eigen, beperkte bagage mee te nemen, of ervoor te kiezen dagtochten vanuit het dal naar boven te maken vanuit je hotel en weer terug te keren. Maar dan mis je de betovering van de nacht in de bergen en het soms indrukwekkende natuurspel van onweer en donder. Het is verstandig om vooraf de mogelijkheden te bekijken en te overwegen wat binnen je budget past. De toeristische dienst van Les Trois Vallées staat je graag bij met raad en daad.