Wandelen in Cassel

9 minuten leestijd

In het weekend van 18 en 19 april opent het eerste volledig Franse wandelnetwerk Kasselberg officieel. In en om het stadje Cassel ben je 216 kilometer stapzoet in een verbazend Vlaamse streek. Windmolens, leeuwenvlaggen, estaminets en hardnekkige klei. Pasar-reporter Chris Van Minnebruggen proeft voor.
 

reportage
  • Wandelen

Na een paar uur nieuwsgierig rondlummelen in Cassel weet ik het niet meer. Onbehaaglijk veel leeuwenschilden en -vlaggen aan cafés, restaurants, winkels, huizen, zelfs een boekenantiquariaat… met Franstalige boeken. Een wegwijzer naar de Ecole Thyl l’Espiègle en een kerkhof vol Behaghels, Deryckes, Vanhees, Caestekers en Goetghelucks.

En niemand die Nederlands spreekt, afgezien van een goendag of astablief. Uitgezonderd Philippe Ducourant van het Huis van de Slag aan de Peene. Jong en bij de pinken mengt hij het lokale Vlaemsch vloeiend doorheen het Frans. Zijn belevingscentrum in Noordpeene maakt je wegwijs in de veldslag van 1977 waarbij Willem III van Oranje dit stuk Vlaanderen voorgoed aan Frankrijk verloor. En wie bij Frankrijk hoort, moet de taal van Molière spreken. Allicht een kwestie van inburgering.

‘Tot 1950 stond op openbare plaatsen gekalkt dat het verboden was om Vlaams te spreken’, illustreert Philippe met een oude foto. ‘En al spreken de mensen de taal niet meer, de culturele identiteit is gebleven. We zijn Fransen, maar we voelen ons Vlamingen.  Je kan de taal nog leren met avondcursussen en we koesteren onze geschiedenis, dit centrum is er het levende bewijs van. Maar het is geen politiek agendapunt. We willen niet nostalgisch terug bij jullie horen.’

Als hij ons mee naar buiten neemt, op verkenning door het landschap van die grote slag, loopt Philippe mee naar de Chemin du Tom, de plek waar Peenebeek en spoorweg elkaar bijna raken. De plek ook die Willem fataal werd.

Deze plek werd Willem III van Oranje fataal.

‘De legers waren aan elkaar gewaagd’, vertelt hij. ‘Elk zowat dertigduizend man sterk. Willem had zijn kamp hogerop, een strategisch voordeel. Maar hij kende de omgeving niet goed. Toen had je hier ook al dat typische heggenlandschap, maar de percelen waren veel kleiner. Dat manoeuvreerde moeilijk met al die hagen. De Fransen stonden hem op te wachten bij de beek. Zijn leger geraakte er gewoon niet over.’

Wil je er meer van weten, bezoek dan het centrum met een Nederlandstalige audiogids en vertrek er met de wandelkaart van het netwerk voor een trip van acht kilometer. De begeleidende brochure heeft een gepaste routesuggestie.

Trots op de berg

Dat geweten rijden we terug naar Cassel voor die andere wandelsuggestie, vijftien kilometer weg van en weer terug naar de stad, met veel natuur en vergezichten. Het weer zit niet mee, maar met een paraplu en regenbroek als extra’s laat ik me niet uit het lood slaan. Parkeergelegenheid zat op de Place Vandamme en voor ik aan de echte knooppunten begin, loop ik toch even naar de top van de Kasselberg.

Doe dat vroeg of laat ook, want die top vertelt je veel over stad en streek. Je hebt er om te beginnen een geweldig vergezicht. Ook al is de stomp nauwelijks 176 meter hoog, met dat uitzicht is Cassel trots op zijn berg.

Zo ver je kan zien een pannenkoek, groen en doorsneden met zeven kaarsrechte wegen. Ooit waren dat allemaal Romeinse heirbanen. Op de top een houten staakmolen, speciaal hierheen gebracht en heropgebouwd als typisch Vlaams symbool. De streek stond er vol van. En dan het ruiterstandbeeld van maarschalk Foch, de Franse opperbevelhebber van de geallieerden die hier een stuk van Wereldoorlog I verbleef.

Cassel draagt hem op handen. Ik loop nog langs het Monument van de drie veldslagen en de Alpiene helling naar de Grand’Place.  Het monument verwijst naar het strategisch belang van het stadje, de helling is een restant van de weinig geslaagde poging om Cassel uit te bouwen tot kuuroord.

Ik pik aan bij de route, loop achter de kerk door en volg mee met de GR128 de berg af. Een kasseibaantje brengt me naar de Sentier de Kerck Hof. Nauwelijks heb ik de graven achter de rug of de holle wegel wordt een kleipad, nat en glibberig. De brochure raadt je terecht in herfst en winter stevig schoeisel aan.

Eenmaal de D916 over zit ik voluit in de natuur. Rechts het Bois des Renard en de Mont des Récollets, links landbouwpercelen afgezoomd met heggen en knotwilgen. Voorbij de Moebeek stap ik weer door open landschap met eindeloze vergezichten, grote hoeves langs de kant van de weg en hier en daar molenwieken.

 

Diervriendelijke hanengevechten

De Roomemolen, daar gaat het heen. Hij staat wat hogerop om beter wind te vangen, is in het toeristisch seizoen te bezoeken en naast de deur kan je lunchen. Ik kan rechtdoor over het asfalt naar Terdeghem of een ommetje maken door de klei zoals de brochure suggereert. Maar het is opnieuw beginnen te regenen en ik twijfel me koude rillingen onder mijn paraplu. Toch kies ik voor het geploeter tussen doornstruiken en een vers geploegd veld. In de zomer moet dat veel aangenamer zijn.

Het uitzicht is mooier en je komt er langs de boogschietstand. Drie staande wippen op een rij, de oude volkssport is hier nog populair. In een schuur spelen ze het eeuwenoude bollenspel, een mix van curling en petanque op een twintig meter lange holle baan. Een infobord voegt er in één moeite aan toe dat Frans-Vlaanderen ook nog hanengevechten kent. Diervriendelijk, zo schijnt.

 

In café-randos worden alle wandelaars goed ontvangen.

Het is al een eind in de namiddag als ik Het Kerk Hoek binnenval, het gezellige staminee en café-rando van de broers Bertrand en Romain Trassaert dat om geen streekbier verlegen zit.

Romain serveert me een assiette campagnarde met paté, streekham, potjesvlees, sla en aardappelen in de schil.

Als wandelaar ben ik er welkom met mijn rugzak, vuile schoenen en beslijkte broek. ‘Meer zelfs, je mag je eigen picknick meebrengen’, zegt Bertrand, ‘maar je neemt wel een drankje. Er zijn een stuk of veertig café-randos. Ze liggen allemaal dicht bij wandelroutes en we hebben toeristische informatie voor je klaarliggen.’

 

Het charmantste dorp uit de streek

Mooi dorpje trouwens, Terdeghem. Een gerestaureerde hallenkerk, goed onderhouden huizen met geglazuurde dakpannen en typisch Vlaamse luiken, enkele jaren geleden nog uitgeroepen tot een van de charmantste dorpen uit de streek. De paraplu kan nu definitief dicht, nog een kilometer of vijf te gaan. Eerst vlak door het open groen van velden en weiden, langs boerderijen en geen hond die me aanblaft. Heerlijk on-Vlaams!

Daarna omhoog langs de achterkant van de Mont des Récollets en het Château Masson terug naar het kerkhof van Cassel. Bij de Porte d’Ypres brengt de route me over de Chemin Bosquillon en de Chemin des Reparts. Een prima afsluiter, want de laatste kleine kilometer voert over het traject van de vroegere stadswallen. Eenmaal onder Frans bewind liet Louis XIV ze afbreken, hij had het niet zo begrepen op de versterkte stad die hem niet echt genegen was.

Het pad doet bijna middeleeuws aan. Je loopt over kasseien, af en toe voert een schouderbreed steegje met huizenhoge baksteenmuren naar de binnenstad. Je hebt uitzicht op de bergflank en de volkstuintjes. Onderweg bloeien straks rozelaars.

Frisdrank van de boerderij

Gefatsoeneerd stap ik Estaminet ‘t Kasteelhof binnen in de Rue Saint Nicolas, mijn tocht zit erop. Manu de Quillacq runt het huis al twintig jaar en glundert om mijn verbazing over de vele snuisterijen, geëmailleerde wandplaten, blikken dozen en de gedroogde hopbellen tegen het plafond.

‘Allemaal authentiek Vlaams, net zoals de keuken’, en hij serveert een tiental likeurglaasjes waarvan ik naar believen kan proeven. ‘Nee, het is geen alcohol. We werken uitsluitend met artisanale producten uit de streek, dus geen Cola, Fanta of Sprite. Onze frisdrank is van hier, bij boeren gemaakt. Probeer maar.’ Ik proef appel, rozen, bosvruchten. Manus vader was militair, het gezin verhuisde om de haverklap. ‘Ik had behoefte aan wortels’, zegt Manu. ‘Die heb ik hier gevonden.’

 

 

In Estaminet 't Kasteelhof kan je biersorbet proeven.

Het verklaart waarom hij met zo veel toewijding aan zijn estaminet werkt. ‘Ja, ik heb al die spullen verzameld. En op de kaart staan uitsluitend Vlaamse gerechten. De recepten heb ik ooit van mensen uit de streek opgetekend, soms ook een beetje naar mijn hand gezet. Als je wil, kan je hier een compleet biermenu eten, met biertaart of biersorbet toe.’

Als rasverteller organiseert hij wel eens speciale avonden voor gezinnen. Hij brengt dan spannende verhalen, het publiek maakt geluid. ‘Verschijnt er een roedel wolven, dan laat ik iedereen meehuilen’, grapt hij. ‘Komt er een spook, dan maken we bangelijke geluiden. Enfin, dat maakt het gezellig, ook al omdat het estaminet kleine tafeltjes heeft en iedereen wel dicht bij elkaar moet zitten.’

Anosteké!

Waarom heeft iedereen het zo graag over een estaminet, wil ik weten.

‘Omdat het iets aparts is’, zegt Manu beslist. ‘En typisch Vlaams. Het is geen café, want je kan er ook eten. Het is geen restaurant, want je kan er ook alleen iets drinken. Eigenlijk is het gewoon zoals thuis. Je hebt contact met iedereen en we hebben een zwak voor een goed glas bier.’

Manu is eigenlijk tuinarchitect en dus heeft hij als ‘gewortelde Vlaming’ onderzoek gedaan naar Vlaamse tuinen. Hij is ervan overtuigd dat wat we vandaag een Engelse tuin noemen, door Vlamingen is geïntroduceerd.

Op de Mont des Récollets toont hij je dat op een flinke lap grond. Hij heeft er zeventien thematuintjes vol bloemen, struiken en in vorm geknipte buxus. Goed voor een onderscheiding als tuin van het jaar in 2011.

Hij stoot me aan en vraagt of ik wat van hem wil drinken. Hij schenkt me een artisanaal amberbier in, gegist op de fles. Anosteké heet het, koetervlaemsch voor ‘tot de volgende keer’.

Tekst Chris Van Minnebruggen - Foto’s Daniël Rys
Dit artikel is verschenen in april 2015.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer