Ierland

Fietsen langs de Great Western Greenway

10 minuten leestijd

Begeleid door banshees en wollige punkers, in het spoor van een piratenkoningin en John Lennon fietsen we door het wilde westen van Ierland. En wel over de Greenway, een voormalige spoorweg, met een soundtrack van beklijvende ‘uilleann pipes’ en fluitende wind.

reportage
  • Fietsen

Als we arriveren in Dublin overvalt de ‘Ierse zomer’ ons. ‘Dit is nog niks’, weet Lee, onze taxichauffeur. ‘In het westen regent het nog harder.’ Dat valt wel mee. Op twee buien na houden we het de komende dagen droog. Afgezien van de Guinness ’s avonds in de pub.

Het is drie uur sporen naar het westen van het eiland. ‘Alcohol is verboden op de trein’, klinkt door het omroepsysteem in het Iers en Engels. Wij hebben geen drank nodig om te genieten van het uitzicht: het groene Ierland rolt voorbij. Van vlak en dichtbebouwd naar almaar ruwer en leger.  

Westport schuilt landinwaarts voor de Atlantische Oceaan. Het werd midden 18de eeuw hier heropgebouwd, omdat het oorspronkelijke dorp moest plaatsmaken voor het landschapspark rond Westport House. Het stadje in georgiaanse architectuur – ‘the most beautiful view I ever saw in the world’, vond schrijver William Makepeace Thackeray in 1842 – heeft drie straten die ertoe doen, rond een art-decoklokkentoren en een achthoekig pleintje met Sint-Patrick, mét schaap, op een zuil. De bescheiden heilige (‘I am a sinner’, begint zijn biografie, gebeiteld op het octagon) heeft nochtans al een indrukwekkend monument vlakbij: de heilige berg Croagh Patrick (764 m) domineert de baai en zal onderweg over ons waken.

Op bezoek bij de piratenkoningin

We nemen een kijkje bij Westport House. Het saaie, grijze landhuis is geen adellijk eigendom meer, maar staat nu in een park met plezierbootjes en een piratenspeeltuin. We ontmoeten hier voor het eerst ‘piratenkoningin’ Grace O’Malley, trots aan het roer van haar schip. Het leven van de 16de-eeuwse Gráinne Mhaol Ni Mhaille van de heersende lokale clan was ondanks haar positie geen pleziertje, met vermoorde echtgenoten, minnaars en zonen. Ze verzette zich fel tegen opdringerige clans en Engelsen en voer zelfs eigenhandig naar Londen om bij koningin Elizabeth met goed gevolg te pleiten voor de vrijlating van haar zonen en neven, ontvoerd door de Engelse gouverneur. 

We vieren haar succes die avond in de pub van Matt Molloy, de 79-jarige fluitist van de band The Chieftains. Niet alleen wordt in de pub élke avond muziek gespeeld, in de yard barn zijn er, zoals vanavond, regelmatig concerten. Vandaag stelt Seanie O’Loingsigh er zijn cd voor. Met zijn uilleann pipes of elleboogdoedelzak brengt hij weemoedige songs die zijn Achill Island beschrijven. 

Pot met goud

Als we Gaelic konden verstaan, hadden we er nog wat van opgestoken, want Achill is onze bestemming en het eindpunt van de Great Western Greenway, die start in Westport. De ‘groene weg’ maakt deel uit van de Wild Atlantic Way, een toeristische route die de hele Ierse westkust volgt. Hij is vorig decennium aangelegd op een voormalige spoorweg. Die belooft dus rustig, vlak fietsen over heerlijk vers asfalt. Droog weer is helaas niet gegarandeerd. We zien de bui al hangen, letterlijk, over Clew Bay. Ze is kort, maar krachtig. Zelfs wanneer de wolken verdwenen zijn, druppelt het nog na. Ondanks de regenboog zien we geen leprechaun die een pot met goud bewaakt. 

We moeten bij het verlaten van Westport even zoeken, maar vinden het keurig van het andere verkeer gescheiden fietspad richting Newport. In 1894 werd de iranrod of ijzeren weg naar het eiland Achill aangelegd, voornamelijk voor het vervoer van vis en turf. De allereerste trein naar Achill had echter een lugubere lading, zoals straks op het eiland zal blijken. Niet zonder alweer een dramatische en bovendien voorspelde eindnoot sloot ook deze spoorlijn, in 1937, door de opkomst van de automobiel en nieuwe wegen. 

De fiets nam echter wraak op de auto. Vanaf Newport is het schitterende fietspad breed genoeg voor auto’s, maar die mogen er niet op. Dat kunnen ze ook niet: overal zijn er versperringen, in de eerste plaats voor de schapen die, verspreid over het land, soms ook over de weg lopen. Om de schapen te herkennen, hebben hun eigenaars hen gemarkeerd met hun kleuren. De met verf bespoten, soms geschoren of in flarden wol en vuil lopende schapen zien eruit als echte punkers. Die vaak nog eens koppig op de weg in de weg staan en de fietser uitdagen… Die moet goed opletten welke kant het dier uit springt. Vooral op Achill, waar de punkers over het hele eiland vrij kunnen zwerven, maar soms toch het midden van de weg verkiezen, is het uitkijken geblazen. Om deze alleseters enigszins te bedwingen, liggen aan alle huizen wildroosters of zijn bloemenperken afgedekt met draad. 

Oude Ierse geiten

Vlak voor het oversteken van de brug over de Black Oak River naar Newport botsen we weer op Grace O’Malley, opnieuw aan het roer gebeeldhouwd – ditmaal in hout. Zwarte eik? Haar theekransje met Elizabeth I moet indruk op haar gemaakt hebben, al wordt verteld dat ze een mes op haar persoon had verborgen bij de audiëntie ‘om zichzelf te verdedigen’, waar de koningin wel begrip voor had. Nadien was ze een vurige verdedigster van de kroon. De stoute gouverneur vluchtte terug naar Engeland, waar hij op zijn beurt gevangen werd genomen. Dat daar nog geen film van is gemaakt! 

De passage door Newport is de enige die we delen met ander verkeer. Even buiten de stad verlaten we de Greenway even voor een lus over de heuvels, de Doogary Loop. ‘Most challenging’ belooft de Greenway-website, maar dat moet dan vooral vanwege de loslopende schapen zijn? We klimmen 100 m naar een kaal plateau. Er is behalve gras geen begroeiing. Rijen en rijen brikken turf liggen te drogen. Ook op Achill wordt die nog massaal als brandstof gestoken uit de veengrond. Door de metalen poort die de schapen boven moet houden fluit de wind. In Ierland is overal muziek. 

En zijn niet alleen schapen. Ooit liep hier de wilde inheemse Old Irish goat, een geitensoort die al 5.000 jaar in Ierland zou zijn. ‘Ze is meer Iers dan de Ieren’, zegt Martin van de stichting die ze sinds een tiental jaar wil redden van uitsterven en in Mulranny het door vrijwilligers gerund Old Irish Goat Centre bemant. ‘Men dacht al dat het ras uitgestorven was, toen hier nog geiten herontdekt werden.’ De potige geiten zijn met hun waterdichte vacht en korte poten aangepast aan het klimaat en ruwe terrein, hebben kleine oren tegen de vorst en grote hoorns om zich te verdedigen. ‘Ze zijn zeer zelfredzaam, maar economisch niet rendabel: ze leveren amper melk, vlees of wol op. Na 1900 werden andere geitensoorten ingevoerd.’ 

Toch hebben deze geiten hun nut, want ze zijn dol op gaspeldoorn, een woekerende, doornige struik die brandgevaarlijk is. ‘Dat is hun heil. Momenteel wordt bijvoorbeeld een kudde van 200 geiten – gekweekt uit 9 exemplaren – ingezet op Howth Head, bij Dublin. Maar daarmee is het ras nog niet gered. Het wordt nog steeds bejaagd. Maar met de nodige middelen kan de Old Irish goat beschermd worden zoals destijds de connemarapony.’ De twee bokken in de voortuin van het centrum, Norman en Sherman, laten het niet aan hun hart komen.  

John & Yoko

Het uitzicht van de Doogary Loop is de moeite waard. De zon schittert op de baai en de open zee. Vanaf daar is er niets meer dan water tot Newfoundland. De monumentale Croagh Patrick aan de overkant kijkt minzaam neer op de tientallen eilandjes. 365 stuks, wordt beweerd. Eigenaar van een ervan, het 8 ha ‘grote’ en onbewoonde Dorinish, was ene John Lennon, die het in 1967 kocht. Voor zijn oude dag? Om net als Paul McCartney in zijn Schotse Mull of Kintyre een schuilplaats te hebben? Hij heeft er echter nooit gebouwd of zelfs maar een dag doorgebracht. Wel in het Mulranny Park Hotel vlakbij. Op 29 juni 1968 landde een helikopter op het gazon van het statige hotel, in 1897 opgetrokken aan de spoorlijn, toen toerisme dankzij de trein ingang vond. Daaruit stapten Lennon en Yoko Ono, zijn nieuwe vriendin. 

Het hotel kijkt uit over de baai. Zo ook de John Lennon Suite, eigenlijk een zolderkamer, die ik mag betrekken. Instant Karma! Helaas is de gezellige kamer sindsdien wel vernieuwd. John en Yoko hielden er geen sleep-in, maar maakten een motortochtje naar Achill. Een journalist van Mayo News uit Westport die toevallig in het hotel aanwezig was, had de primeur van zijn leven en sprak de Beatle, die aangaf dol te zijn op deze ‘fijne omgeving omdat ze niet gecommercialiseerd is’.

We fietsen even naar de oceaan. Ook hier lopen schapen tot aan het strand. Uiteraard willen we de golven uitproberen. Zonder wetsuit is het water bloedstollend ijskoud, maar we volharden in het groene water. Hoe langer we erin blijven, hoe meer tegenzin we hebben eruit te gaan. Eigenlijk hebben we nu al tussen het zeewier gezwommen, maar toch nemen we in het Park Hotel nog een zeewierbad, een dienst die hier aan de kust overal wordt aangeboden. Dat wil zeggen: een badkuip met heet water vol zeewier. Goed voor de huid, naar verluidt. Inmiddels is het buiten gaan stortregenen. De overkant van de baai is verdwenen. 

Wilde banshees

De volgende, stralende ochtend worden we wakker van het geblaat, alsof er schapen onder het raam staan. Net zoals de regenwolken verdwijnen ook wij, Lennon achterna, richting Achill, dat met het Ierse ‘vasteland’ verbonden is via een brug. Hoe westelijker de Greenway, hoe mooier. Achill, het grootste eiland van Ierland, belooft al van een afstand een ruwe, bergachtige schoonheid. Op een plek op de Faeröer en in Noorwegen na heeft het de hoogste kliffen van Europa: de Croaghaun stort zich liefst 688 m recht in zee. De klip is minder bekend want enkel zichtbaar vanaf de zee of de top. Er zijn wandelingen naar uitzichtpunten onderweg, maar die tijd hebben we helaas niet. Voor ons volstaan de spectaculaire witte kliffen van Ashleam, waar de golven op het land beuken. Zoals West-Ierland is het westen van Achill het ruwst. Het wildste westen dus. Het is een flinke klim naar boven. Schapen zijn hier meer berggeiten. Op de lus die we maken in het zuidwesten komen we langs nog meer klippen, een woeste zee en bruine golven van het woelen in de bodem. Het is allemaal even betoverend mooi. Niet voor niets is Banshees of Inisherin hier grotendeels gefilmd. 

Het toerisme is een dankbare bron van inkomsten voor het eiland. Vroeger moesten de bewoners hun kost verdienen in Schotland of Engeland. Veel is er inmiddels veranderd en toch ook weer niet. Nog altijd staat de smalle kasteeltoren van Grace O’Malley er te waken en zijn er kleine haventjes, zoals in Derreen. Hier herinnert een bronzen plaat aan een scheepsramp uit 1894. 32 seizoenarbeiders uit Achill op weg naar Schotland verdronken in Clew Bay toen hun schoener kapseisde. Ze werden met de allereerste trein naar Achill terug naar het eiland gebracht. Vreemd genoeg was de komst van ‘karren op ijzeren wielen met rook en vuur’ naar het eiland al in de 17de eeuw voorspeld door een ziener, maar ook dat met de eerste én de laatste rit ‘de dood zou komen’. In september 1937, twee weken voor de sluiting van de lijn, bracht een trein de lichamen van tien jonge seizoenarbeiders terug die waren omgekomen bij een brand in hun barak in Schotland...

Wollige schapenwolkjes

De Greenway zelf eindigt na een mooie strook door het groen en over turfvelden aan het eind van een vlonderpad aan Ted’s bar in Cashel South. De rest van eiland heeft geen aparte fietswegen, zelfs geen fietspaden. Op verbindingswegen als (enige) weg naar het noordwesten is veel autoverkeer, maar het is niet onveilig, want de weg is breed genoeg. We hebben nog fut om naar Keel te fietsen, dat een mooi zandstrand heeft. Surfers genieten er van de golven, in een spectaculair decor met kliffen, de Cathedral Rocks. Uit een saunaton komt af en toe iemand afkoelen in zee. We passeren een grote camping en een golfbaan, met schapen tussen de holes. Even dwalen we nog tussen de restanten van Sievemore, een dorp boven Keel dat midden 19de eeuw in een hongersnood verlaten werd. Enkel de in grote stenen opgetrokken buitenmuren staan nog recht. Overal liggen keutels van de huidige bewoners. Een terugtocht naar Westport later, begeleiden schapenwolkjes ons in de trein terug naar Dublin.

6 x Great Western Greenway

ierland

1. De Great Western Greenway was Ierlands eerste trage weg op een voormalige spoorlijn in het County Mayo, rond de Clew Bay, van Westport tot Cashel op Achill Island.

2. Behalve enkele spoorbruggen onderweg, het spoorweghotel Park Hotel in Mulranny en uiteraard de vlakke route herinnert niet veel meer aan het spoorverleden. 

3. De eigenlijke Greenway is kort (49 km), maar onderweg is er de mogelijkheid lokale wandel- en fietslussen te maken. Met een mountainbike zijn sommige wandelloops ook per fiets af te leggen.

4. De New York Times riep de Great Western Greenway uit tot een van drie mooiste fietsroutes ter wereld.

5. De wandel- en fietsroute maakt deel uit van de Wild Atlantic Way, een 2.600 km lange toeristische kustroute van Cork tot Derry over de westkust van Ierland met ook wandel- en fietsroutes.

6. Er is sprake van uitbreiding van de Greenway naar het zuiden, maar landeigenaars stellen door het succes van de huidige route meer financiële eisen. Dus of het er ooit van komt…?

www.greenway.ie

deel Artikel

Meer inspiratie

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer